Op 6 december 2023 heeft het Gerechtshof Amsterdam uitspraak gedaan in een hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam. De zaak betreft de verdachte, geboren in 1988, die werd beschuldigd van mishandeling van een ambtenaar in functie. De mishandeling vond plaats op 28 januari 2023 te Amsterdam. Het hof heeft het vonnis van de eerste aanleg vernietigd en opnieuw recht gedaan. De verdachte is veroordeeld tot een geldboete van 1.000 euro en 20 dagen hechtenis, waarbij de hechtenis kan worden omgezet in een geldboete bij gebreke van betaling.
Daarnaast is er een vordering van de benadeelde partij, die een schadevergoeding van 150 euro voor immateriële schade heeft ingediend. Het hof heeft deze vordering gedeeltelijk toegewezen, waarbij de verdachte is verplicht om dit bedrag te betalen, vermeerderd met wettelijke rente vanaf de datum van de mishandeling. De beslissing van het hof houdt ook in dat de verdachte in de kosten van de benadeelde partij wordt veroordeeld, die tot de datum van uitspraak op nihil zijn begroot.
Het hof heeft verder bepaald dat de gijzeling van de verdachte maximaal drie dagen kan duren, en dat de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet wordt opgeheven door de toepassing van gijzeling. De aanvangsdatum voor de wettelijke rente is vastgesteld op 28 januari 2023.