Uitspraak
mr. N.A. Aalbers, kantoorhoudende te Utrecht,
[B],
mr. E.W. Kingma, kantoorhoudende te Leeuwarden.
Gerechtshof Amsterdam
In deze beschikking van het Gerechtshof Amsterdam, gedateerd 6 november 2023, heeft de Ondernemingskamer een verzoek behandeld van de besloten vennootschap [A] inzake de vergoeding van de onderzoeker, mr. W.J.B. van Nielen, die was aangesteld om een onderzoek uit te voeren naar het beleid en de gang van zaken van SMC Industrial B.V. over de periode vanaf 1 januari 2018. De Ondernemingskamer had eerder, in beschikkingen van 22 en 28 december 2021, een onderzoek bevolen en de kosten daarvan ten laste van SMC gesteld. In een latere beschikking van 12 augustus 2022 werd het maximale bedrag voor het onderzoek vastgesteld op € 90.000 exclusief btw.
Op 4 oktober 2023 heeft de onderzoeker zijn verslag, inclusief dertig bijlagen, ingediend bij de Ondernemingskamer, waarin hij de totale kosten van het onderzoek op € 84.064,99 exclusief btw heeft gespecificeerd. De verzoekster, [A], heeft bezwaren geuit tegen deze kostenopgave en de uitvoering van het onderzoek, maar de Ondernemingskamer heeft deze bezwaren niet gegrond bevonden. De Ondernemingskamer oordeelde dat het verzoek van de onderzoeker om zijn vergoeding vast te stellen op het gevraagde bedrag voldoende gespecificeerd was en niet onredelijk.
De Ondernemingskamer heeft vervolgens de vergoeding van de onderzoeker vastgesteld op € 84.064,99 exclusief btw en verklaard dat deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad is. De beslissing is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier, mr. F.L.A. Straathof.