ECLI:NL:GHAMS:2023:2929

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
4 december 2023
Publicatiedatum
4 december 2023
Zaaknummer
200.305.971/01OK
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Ondernemingsrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bepaling vergoeding onderzoeker in enquêteprocedure bij besloten vennootschappen

Op 4 december 2023 heeft de Ondernemingskamer van het Gerechtshof Amsterdam een beschikking gegeven in de zaak van Giovanni di Primavera B.V. tegen verschillende vennootschappen van de Betap Holding. Deze beschikking volgt op een eerder bevolen onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van Betap Holding c.s. over de periode vanaf 1 januari 2018. De Ondernemingskamer had eerder mr. P.M. Gunning aangewezen als onderzoeker en de kosten van het onderzoek vastgesteld. De onderzoeker heeft op 13 oktober 2023 een verslag van het onderzoek ingediend, waaruit bleek dat de totale kosten van het onderzoek € 38.310 exclusief btw bedroegen. Geen van de betrokken partijen heeft bezwaar gemaakt tegen deze kosten.

De Ondernemingskamer heeft de kosten van het onderzoek beoordeeld en vastgesteld dat deze voldoende zijn toegelicht. De vergoeding van de onderzoeker is bepaald op het genoemde bedrag, en de beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer, bestaande uit de voorzitter en drie raadsheren, en is openbaar uitgesproken. Deze beschikking is van belang voor de betrokken partijen en kan gevolgen hebben voor de verdere gang van zaken binnen de betrokken vennootschappen.

Uitspraak

beschikking
___________________________________________________________________
GERECHTSHOF AMSTERDAM
ONDERNEMINGSKAMER
zaaknummer: 200.305.971/01 OK
beschikking van de Ondernemingskamer van 4 december 2023
inzake
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
GIOVANNI DI PRIMAVERA B.V.,
gevestigd te Genemuiden,
VERZOEKSTER,
advocaat:
mr. J. Verhoeven, kantoorhoudende te Alphen aan den Rijn,
t e g e n
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
BETAP HOLDING B.V.,
gevestigd te Genemuiden,
2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
BETAP OPERATIONS B.V.,
gevestigd te Genemuiden,
3. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
BETAP EQUIPMENT B.V.,
gevestigd te Genemuiden,
4 de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
BETAP PROPERTY B.V.,
gevestigd te Genemuiden,
5 de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
SELECT-YARNS B.V.,
gevestigd te Genemuiden,
6. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
BETAP B.V.,
gevestigd te Genemuiden,
7. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
BETAP TUFTING B.V.,
gevestigd te Genemuiden,
8. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
BETAP NONWOVENS B.V.,
gevestigd te Genemuiden,
9. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
BETAP TUFTING ONROERENDE ZAAK B.V.,
gevestigd te Genemuiden,
10. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
BETAP ONROERENDE ZAAK B.V.,
gevestigd te Genemuiden,
11. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
SELECT-YARNS ONROERENDE ZAAK B.V.,
gevestigd te Genemuiden,
12. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
BETAP NONWOVENS ONROERENDE ZAAK B.V.,
gevestigd te Genemuiden,
VERWEERSTERS,
niet verschenen,
e n t e g e n
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
RORA B.V.,
gevestigd te Genemuiden,
2.
[A],
wonende te [....] ,
3. de stichting
STICHTING ADMINISTRATIEKANTOOR BETAP,
gevestigd te Genemuiden,
BELANGHEBBENDEN,
advocaat:
mr. L.P. Quist, kantoorhoudende te Dordrecht,

4 [B] ,

wonende te [....] ,
BELANGHEBBENDE,
advocaat:
mr. J. Verhoeven, kantoorhoudende te Alphen aan den Rijn.
In het vervolg zullen partijen (ook) als volgt worden aangeduid:
  • verweerster sub 1 met Betap Holding;
  • verweersters sub 1 tot en met 12 met Betap Holding c.s.

1.Het verloop van het geding

1.1
Voor het verloop van het geding verwijst de Ondernemingskamer naar haar eerdere beschikkingen van 2 juni 2022, 4 april 2023, 16 mei 2023, 11 september 2023 en 16 oktober 2023 in deze zaak.
1.2
Bij de beschikking van 2 juni 2022 heeft de Ondernemingskamer een onderzoek bevolen naar het beleid en de gang van zaken van Betap Holding c.s. over de periode vanaf 1 januari 2018, een nader door de Ondernemingskamer aan te wijzen en aan partijen bekend te maken persoon benoemd om het onderzoek te verrichten en bij wijze van onmiddellijke voorziening vooralsnog voor de duur van de procedure (onder andere) mr. J.C. Jaakke benoemd tot bestuurder van Betap Holding c.s. en bepaald dat de aandelen in Betap Holding ten titel van beheer zijn overgedragen aan mr. M.W.E. Evers.
1.3
Bij de beschikking van 4 april 2023 heeft de Ondernemingskamer mr. P.M. Gunning aangewezen als onderzoeker als bedoeld in de beschikking van 2 juni 2022.
1.4
Bij de beschikking van 16 mei 2023 heeft de Ondernemingskamer het bedrag dat het onderzoek ten hoogste mag kosten vastgesteld op € 30.000 exclusief btw. Bij de beschikking van 11 september 2023 heeft de Ondernemingskamer het bedrag dat het onderzoek ten hoogste mag kosten verhoogd tot € 45.000 exclusief btw.
1.5
Op 13 oktober 2023 heeft de onderzoeker het verslag, met elf bijlagen, van het in 1.2 bedoelde onderzoek aan de Ondernemingskamer doen toekomen. Bij de beschikking van 16 oktober 2023 heeft de Ondernemingskamer bepaald dat het ter griffie neergelegde verslag ter inzage ligt voor belanghebbenden.
1.6
Op 17 oktober 2023 heeft de onderzoeker een overzicht van de door hem en een kantoorgenoot in verband met het onderzoek gemaakte kosten gegeven en specificaties van de aan het onderzoek bestede uren en de aan Betap Holding gezonden declaraties aan de Ondernemingskamer doen toekomen. Daarbij is uitgegaan van door de onderzoeker en zijn kantoorgenoot gehanteerde uurtarieven van respectievelijk € 300 en € 250, beide exclusief btw. In totaal hebben de onderzoeker en zijn kantoorgenoot kosten van € 38.310 exclusief btw in verband met het onderzoek gemaakt. De onderzoeker heeft de Ondernemingskamer verzocht om zijn vergoeding op dit bedrag te bepalen.
1.7
Van de door de Ondernemingskamer aan partijen geboden gelegenheid om, alvorens zij de vergoeding van de onderzoeker overeenkomstig artikel 2:350 lid 3 BW zal bepalen, zich over de opgave door de onderzoeker uit te laten, is geen gebruik gemaakt.

2.De gronden van de beslissing

De onderzoeker heeft de in verband met het onderzoek gemaakte kosten voldoende toegelicht door middel van de in 1.6 genoemde stukken. Geen van partijen heeft bezwaar tegen die kosten gemaakt. Het bedrag aan onderzoekskosten komt de Ondernemingskamer ook niet onredelijk voor. De Ondernemingskamer zal de vergoeding van de onderzoeker overeenkomstig artikel 2:350 lid 3 BW dan ook bepalen als hierna te vermelden.

3.De beslissing

De Ondernemingskamer:
bepaalt de vergoeding van de onderzoeker op € 38.310 exclusief btw;
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven door mr. A.W.H. Vink, voorzitter, mr. C.C. Meijer, en mr. D. Kingma, raadsheren, en prof. dr. mr. S. ten Have en prof. dr. A.J.C.C.M. Loonen, raden, in tegenwoordigheid van mr. F.L.A. Straathof, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 4 december 2023.