ECLI:NL:GHAMS:2023:286
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Verwijzingsbeslissing in klachtzaak tegen notaris en kandidaat-notaris met betrekking tot geheimhoudingsplicht
Op 2 februari 2023 heeft het Gerechtshof Amsterdam een verwijzingsbeslissing genomen in een klachtzaak tegen mr. [naam 1], kandidaat-notaris te [plaats 1], en mr. [naam 2], notaris te [plaats 2]. De klacht is ingediend door mr. C.B. Schutte, [bedrijf 1] B.V. en [bedrijf 2], bijgestaan door mr. D.V.A. Brouwer, mr. Th. O.M. Dieben en mr. M.J. Drop, allen advocaat te Amsterdam. De klacht betreft de vraag of mr. [naam 1] en mr. [naam 2] zich terecht op hun geheimhoudingsplicht beroepen. De behandeling van de klacht tegen mr. [naam 1] was gepland op 13 februari 2023 in het ressort 's-Hertogenbosch, terwijl de klacht tegen mr. [naam 2] op 14 maart 2023 in Amsterdam zou worden behandeld. Gezien de samenhang tussen beide klachten en de feitelijke en juridische geschilpunten, hebben de voorzitters van beide kamers besloten tot een gezamenlijke behandeling van de klachten in Amsterdam. De president van het hof heeft op basis van artikel 99 lid 8 van de Wet op het notarisambt, artikel 46aa lid 5 van de Advocatenwet en artikel 220 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering geoordeeld dat de kamer voor het notariaat in Amsterdam belast dient te worden met de verdere behandeling van de klacht.