Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.[appellant 1] , wonende te [woonplaats 1] ,
PLAN 10 VASTGOEDONTWIKKELING B.V., gevestigd te ’s-Hertogenbosch,
1.De zaak in het kort
2.Het geding in hoger beroep
3.Feiten
4.Eerste aanleg
5.Beoordeling
Primair
vóór het einde van de looptijd van de financiering en de renteswapertoe kon leiden dat (een deel van) de financiering en de renteswap zouden moeten worden beëindigd. Dat [appellanten 1&2] of [appellant 3] een nadere uitleg van de bank nodig hadden om dit te begrijpen, mede gezien de kennis die bij hen en hun financieel deskundige medewerkers en adviseurs bekend mocht worden verondersteld, althans dat de bank redelijkerwijs moest aannemen dat een nadere uitleg nodig was, is niet (voldoende) toegelicht. Bovendien was de persoonlijke aansprakelijkheid van [appellant 1] en [appellant 3] in het kader van de financiering met de renteswap niet nieuw. Die lag reeds besloten in de financieringsopzet die [appellanten 1&2] en [appellant 3] in 2009 hebben aanvaard.
- griffierecht € 5.517
- salaris advocaat € 12.118 (tarief VIII, 2 punten)