Uitspraak
13-310148-20 (hierna: zaak A),
13-702060-18 (hierna: zaak B),
13-146610-20 (hierna: zaak C),
Procesgang
Onderzoek van de zaak
Ontvankelijkheid van de verdachte in het hoger beroep
Tenlasteleggingen
Vonnis waarvan beroep
Partiële vrijspraak zaak B
Bewezenverklaring
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf
30 april 2021. In hoger beroep is – na terugwijzing door de Hoge Raad – op 18 juli 2023 arrest gewezen. Daarmee is de redelijke termijn met ongeveer zestien maanden overschreden. De verdachte heeft op 6 mei 2021 hoger beroep ingesteld. Gelet op de datum waarop dit arrest wordt uitgesproken, is de redelijke termijn in hoger beroep met ongeveer acht maanden overschreden. Het hof zal de op te leggen straf gelet op de geconstateerde overschrijding van de redelijke termijn matigen.
Beslag
- 1 STK GSM (Omschrijving: 5924859, merk: Apple IPhone);
- 1 STK MP4-speler ((Omschrijving: 5924856).
- 1 STK Bankpas (Omschrijving: 5924777, merk: ING);
- 1 STK Broek ((Omschrijving: 5925522);
- 1 STK Shirt (Omschrijving: 5925523).
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer01] (zaak B)
Toepasselijke wettelijke voorschriften
Vordering tenuitvoerlegging
Vordering tenuitvoerlegging
23 mei 2019 van de politierechter in de rechtbank Amsterdam en geëxecuteerd. Het hof zal het openbaar ministerie om deze reden in zijn vordering tot tenuitvoerlegging niet-ontvankelijk verklaren.
Vordering tenuitvoerlegging
24 uren, subsidiair 12 dagen hechtenis. Deze vordering is in hoger beroep opnieuw aan de orde.
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
6 (zes) maanden.
2 (twee) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt of de verdachte gedurende de proeftijd van 2 (twee) jaren ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit geen medewerking heeft verleend aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of geen identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage heeft aangeboden of geen medewerking heeft verleend aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14c van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclasseringsinstelling zo vaak en zolang als de reclasseringsinstelling dit noodzakelijk acht daaronder begrepen, dan wel de hierna te noemen bijzondere voorwaarde(n) niet heeft nageleefd.
- zich binnen veertien werkdagen dagen na vrijlating en het ingaan van de proeftijd meldt bij Leger des Heils Jeugdbescherming & Reclassering op het adres [adres03] . De veroordeelde blijft zich melden op afspraken met de reclassering, zo vaak en zolang de reclassering dat nodig vindt. Daarbij dient hij zich te houden aan de aanwijzingen die hem worden gegeven;
- zich laat behandelen door GGZ Inforsa Forensische Ambulante Zorg of een soortgelijke zorgverlener, te bepalen door de reclassering. De behandeling start zodra beschikbaar. De behandeling duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. De veroordeelde houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling. Gelet op de problematiek kan hieronder ook het innemen van medicijnen vallen, als de zorgverlener dat nodig vindt;
- verblijft binnen een middelenvrije wooninstelling of een andere instelling voor beschermd wonen of maatschappelijke opvang, nader te bepalen door de reclassering. Het verblijf start zodra beschikbaar. Het verblijf duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. De veroordeelde houdt zich aan de huisregels en het dagprogramma dat de instelling in overleg met de reclassering voor hem heeft opgesteld;
- geen drugs gebruikt en meewerkt aan controle op dit verbod. De controle gebeurt met urineonderzoek. De reclassering bepaalt hoe vaak betrokkene wordt gecontroleerd;
- zich inspant voor het vinden en behouden van betaald werk, onbetaald werk en/of vrijetijdsbesteding, met een vaste structuur. De dagbesteding draagt bij aan het voorkomen van delict gedrag.
mr. C.E. Dongelmans, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 18 juli 2023.