ECLI:NL:GHAMS:2023:2152

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
12 september 2023
Publicatiedatum
18 september 2023
Zaaknummer
23-003566-19
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bevestiging vonnis met aanpassing van beslissingen inzake in beslag genomen iPhones en toevoeging van artikel 63 Sr

In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 12 september 2023 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Amsterdam van 16 september 2019. De verdachte, geboren in 1993 en thans gedetineerd, had hoger beroep ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank. Het openbaar ministerie heeft echter zijn hoger beroep ingetrokken voordat de behandeling in hoger beroep begon. Het hof heeft de vordering van de advocaat-generaal in overweging genomen, die vroeg om dezelfde straf als opgelegd door de rechtbank in eerste aanleg. Het hof bevestigt het vonnis van de rechtbank, met uitzondering van de beslissingen over twee in beslag genomen iPhones. Het hof voegt artikel 63 van het Wetboek van Strafrecht toe aan de toepasselijke wettelijke voorschriften en past de overwegingen in het vonnis aan op basis van de verweren die in hoger beroep zijn gevoerd.

De raadsman van de verdachte heeft aangevoerd dat de verdachte vrijgesproken moet worden van het tenlastegelegde feit 2, omdat er ongeoorloofde druk is uitgeoefend tijdens het verhoor door de politie. Het hof heeft de audio-opname van het verhoor beluisterd en geconcludeerd dat er geen sprake is van ongeoorloofde druk. De verdachte heeft verklaard dat hij de motorscooter in de box heeft geplaatst, maar het hof oordeelt dat hij had moeten onderzoeken of de motorscooter van diefstal afkomstig was, gezien de omstandigheden. Het hof oordeelt dat de verdachte redelijkerwijs had moeten vermoeden dat de motorscooter een door misdrijf verkregen goed was.

Wat betreft de in beslag genomen telefoons, heeft het hof vastgesteld dat deze aan de verdachte toebehoren, maar niet zijn gebruikt bij het bewezenverklaarde feit. Het hof gelast de teruggave van de telefoons aan de verdachte. Het arrest bevestigt het vonnis van de rechtbank voor het overige, met inachtneming van de aanpassingen die zijn gemaakt.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-003566-19
datum uitspraak: 12 september 2023
TEGENSPRAAK
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank Amsterdam van 16 september 2019 in de strafzaak onder parketnummer 13-730082-15 tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1993,
adres: [adres],
thans uit anderen hoofde gedetineerd in [detentieadres].

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van 29 augustus 2023 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in eerste aanleg.
De verdachte (beperkt tot feit 2) en het openbaar ministerie hebben hoger beroep ingesteld tegen voormeld vonnis. Nadien – voor aanvang van de behandeling in hoger beroep – heeft het openbaar ministerie zijn hoger beroep ingetrokken.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen de verdachte en de raadsman naar voren hebben gebracht.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de verdachte zal worden veroordeeld tot dezelfde straf als door de rechter in eerste aanleg opgelegd.

Vonnis waarvan beroep

Het hof verenigt zich met het vonnis waarvan beroep, voor zover aan zijn oordeel onderworpen, en zal dit derhalve bevestigen, behalve ten aanzien van de beslissing over twee inbeslaggenomen iPhones, in zoverre zal het vonnis worden vernietigd, en met dien verstande dat het hof:
  • artikel 63 Wetboek van Strafrecht toevoegt aan de toepasselijke wettelijke voorschriften en
  • in verband met de in hoger beroep gevoerde verweren, de onderstaande overweging in de plaats stelt van de overwegingen in het vonnis van de rechtbank onder 3.3.2.

Bespreking van een verweer

De raadsman heeft gesteld dat de verdachte moet worden vrijgesproken van het onder 2 tenlastegelegde. Tijdens het verhoor van de verdachte door de politie is door de verhorende rechercheur ongeoorloofde druk uitgeoefend op de verdachte. De verklaring is daardoor in strijd met het pressieverbod afgelegd en moet daarom worden uitgesloten van het bewijs.
Het hof heeft de audio-opname van het verhoor beluisterd. De verdachte is in het verhoor de verklaring van zijn broer voorgehouden, dat de verdachte en zijn moeder een sleutel van de box hebben waarin de gestolen motorscooter is aangetroffen. Daarbij is tegen de verdachte gezegd dat als hij blijft zwijgen, de politie genoodzaakt is om zijn moeder op te halen voor verhoor. Met dit vooruitzicht geconfronteerd, heeft de verdachte een verklaring afgelegd over zijn betrokkenheid bij de gestolen motorscooter in de box.
Het hof wil aannemen dat de verdachte tijdens het verhoor druk zal hebben ervaren. Dat betreft naar het oordeel van het hof de druk van de situatie waarin de verdachte zichzelf heeft gemanoeuvreerd door in een box waarvan ook zijn moeder een sleutel had een gestolen motorscooter te laten stallen. Van ongeoorloofde door de verhorende politieambtenaar uitgeoefende druk is naar het oordeel van het hof echter geen sprake. Ook is niet aannemelijk geworden dat de verdachte onder de druk is bezweken en als gevolg hiervan een valse verklaring heeft afgelegd.

Bewijsoverweging

De verdachte heeft bij de politie verklaard dat hij de motorscooter in de box heeft geplaatst en heeft gezien dat deze geen kentekenplaten en geen chassisnummer had. Het hof is van oordeel dat onder deze omstandigheden op de verdachte ten tijde van het voorhanden krijgen van de motorscooter de plicht rustte om onderzoek te verrichten naar de herkomst ervan, om uit te sluiten dat de motorscooter van diefstal afkomstig was. De verdachte heeft dit nagelaten. Daarom is naar het oordeel van het hof wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte destijds redelijkerwijs had moeten vermoeden dat de motorscooter een door misdrijf verkregen goed betrof.

Beslag

De hierna te noemen onder de verdachte in beslag genomen en nog niet teruggegeven telefoontoestellen behoren de verdachte toe. Hiervan kan het hof niet vaststellen dat deze zijn gebruikt bij het bewezenverklaarde feit, zodat het hof zal gelasten dat deze worden teruggegeven aan de verdachte;
  • 6. Telefoontoestel IPHONE (5060672)
  • 7. Telefoontoestel IPHONE (5060914).

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep ten aanzien van de beslissing ten aanzien van twee inbeslaggenomen iPhones en doet in zoverre opnieuw recht.
Gelast de
teruggaveaan de verdachte van de in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten:
- 6. Telefoontoestel IPHONE (5060672)
- 7. Telefoontoestel IPHONE (5060914).
Bevestigt het vonnis waarvan beroep voor het overige met inachtneming van het hiervoor overwogene.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. R. Kuiper, mr. W.S. Ludwig en mr. N.R.A. Meerbeek, in tegenwoordigheid van mr. P. de Haas, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 12 september 2023.
=========================================================================
[…]