Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.Het geding in hoger beroep
2.Verdere beoordeling in hoger beroep
€ 40.000,- +
€ 680.000,- -/-
Gerechtshof Amsterdam
In deze eindbeschikking van het Gerechtshof Amsterdam, gedateerd 15 augustus 2023, wordt de vermogensverdeling en alimentatie tussen partijen, een man en een vrouw, behandeld. De zaak betreft een hoger beroep na eerdere uitspraken, waaronder een beschikking van 23 maart 2023 waarin een deskundigenonderzoek naar de waarde van een onroerende zaak werd bevolen. Het hof heeft de door de deskundige getaxeerde waarde van de woning vastgesteld op € 735.000,-. De man heeft bezwaar gemaakt tegen deze taxatie, maar het hof heeft geen aanleiding gezien om deze waarde te verlagen. De man en vrouw zijn in geschil over de verdeling van hun gezamenlijke vermogensbestanddelen, waaronder de woning, een speedboot en een staanplaats.
Het hof heeft bepaald dat de man aan de vrouw een bedrag van € 51.500,- moet betalen ter zake van de vermogensverrekening, te vermeerderen met wettelijke rente. Daarnaast zijn er inboedelgoederen verdeeld tussen de partijen, waarbij specifieke goederen aan zowel de man als de vrouw zijn toegewezen. De kosten van de deskundige, die € 995,- bedroegen, worden door beide partijen gezamenlijk gedragen. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het hof heeft het meer of anders verzochte afgewezen. Deze uitspraak is gedaan door een collegiaal hof, waarbij de voorzitter de beschikking in het openbaar heeft uitgesproken.