Uitspraak
mr. G.T.J. Hoffen
mr. J.M.K.P. Cornegoor, beiden kantoorhoudende te Haarlem,
mr. P.N. Ploeger,
mr. J.L. van der Schriecken
mr. D.C. Roessingh, allen kantoorhoudende te Amsterdam,
1.DE STAAT DER NEDERLANDEN,
mr. R.G.J. de Haanen
mr. D.H. Tilanus, beiden kantoorhoudende te Amsterdam,
mr. A.R.J. Croiset van Uchelen, kantoorhoudende te Amsterdam,
[A],
[B],
mr. K. Ruttenen
mr. T.C.A. Dijkhuizen, beiden kantoorhoudende te Utrecht,
6.[C] ,
[D],
[E],
[F],
[G],
[H],
[I] ,
13.[J] ,
mr. P.D. Oldenen
mr. S.G.H. Nieuwendijk, beiden kantoorhoudende te Amsterdam;
14.[K] ,
[L],
[M],
[N],
[O],
[P],
mr. M.G. Kuijpers, kantoorhoudende te Amsterdam,
20.[Q] ,
mr. F.M.A. ’t Hart, kantoorhoudende te Amsterdam,
21.[R] ,
mr. A.F.J.A. Leijtenen
mr. P.H.M. Broere, beiden kantoorhoudende te Amsterdam,
22.[S] ,
[T],
24.[U] ,
mr. M. Holtzer, kantoorhoudende te Amsterdam,
25.[V] ,
[W],
mr. O.L.M. Heuts, kantoorhoudende te Amsterdam,
27.[X] ,
[Y],
mr. D.M. van Geel, kantoorhoudende te Amsterdam,
mr. D.A.M.H.W. Strik, kantoorhoudende te Amsterdam.
- verzoekster als VEB;
- verweersters sub 1 en 2 als SNS Reaal en SNS Bank en tezamen als SNS Reaal c.s.;
- belanghebbende sub 1 als de Staat;
- belanghebbende sub 2 als NLFI;
- belanghebbenden sub 3 tot en met 5 gezamenlijk als ROOS c.s.;
- belanghebbenden sub 6 tot en met 13 gezamenlijk als de PA-Commissarissen;
- belanghebbenden sub 14 tot en met 19 gezamenlijk als [K] c.s.;
- belanghebbende sub 20 als [Q] ;
- belanghebbende sub 21 als [R] ;
- belanghebbenden sub 22 tot en met 24 gezamenlijk als [S] c.s.;
- belanghebbenden sub 25 en 26 tezamen als [V] c.s.;
- belanghebbende sub 27 als [X] ;
- belanghebbende sub 28 als [Y] ;
- belanghebbende sub 29 als Propertize.
1.Het verloop van het geding
- i) aansprakelijkstelling van SNS Reaal c.s. en SNS Property Finance B.V. (hierna: SNSPF), van voormalig bestuurders en commissarissen van SNS Reaal c.s. en SNSPF, alsmede van KPMG Accountants N.V. en KPMG Advisory N.V. (hierna tezamen: KPMG) en van de accountants die goedkeurende verklaringen hebben ondertekend met betrekking tot jaarrekeningen van SNS Reaal respectievelijk een assurance-verklaring hebben ondertekend met betrekking tot onderdelen van een jaarverslag van SNS Reaal;
- ii) overleg zoals bedoeld in artikel 3:305a lid 2 (oud) BW met de sub (i) bedoelde partijen, hun vertegenwoordigers en verzekeraars, en
- iii) civiele procedures ten overstaan van de Nederlandse rechter ter vaststelling van aansprakelijkheid van de sub (i) bedoelde partijen en ter verkrijging van schadevergoeding.
- de PA-Commissarissen, [K] c.s., [Q] , [R] , [S] c.s. en [V] c.s. hebben de voorzitter van de Ondernemingskamer verzocht het machtigingsverzoek af te wijzen, met dien verstande dat de PA-commissarissen en [V] c.s. zich ten aanzien van de verslagen van de met elk van hen gehouden interviews hebben gerefereerd aan het oordeel van de voorzitter van de Ondernemingskamer. Bij wijze van zelfstandig verzoek hebben zij, voor het geval het machtigingsverzoek van VEB (geheel of gedeeltelijk) wordt toegewezen, de Ondernemingskamer verzocht te bepalen dat de niet-openbare stukken ook voor hen ter inzage komen te liggen en de voorzitter van de Ondernemingskamer verzocht hen op de voet van artikel 2:353 lid 3 BW te machtigen om aan derden mededelingen te doen uit de niet-openbare stukken in het kader van de door VEB aangekondigde aansprakelijkstellingen, het overleg en de civiele procedures. Verder hebben zij verzocht VEB te veroordelen in de kosten.
- [X] en [Y] hebben zich gerefereerd aan het oordeel van de voorzitter van de Ondernemingskamer over het machtigingsverzoek, maar daarbij verzocht met hun privacybelangen rekening te houden.
- Propertize heeft de voorzitter van de Ondernemingskamer verzocht het machtigingsverzoek af te wijzen. Voor het geval het machtigingsverzoek van VEB wordt toegewezen, heeft Propertize de voorzitter van de Ondernemingskamer verzocht de reikwijdte van de machtiging te beperken en nader te bepalen hoe met privacygevoelige informatie dient te worden omgegaan.
2.De gronden van de beslissing
equality of armsin de zin van artikel 6 EVRM c.q. het voorkomen van onredelijke informatieasymmetrie tussen VEB en andere partijen in geval van aansprakelijkstelling, schikkingsoverleg of een aansprakelijkheidsprocedure ten grondslag gelegd.
De beslissing
- i) aansprakelijkstelling van SRH N.V. (voorheen genaamd SNS Reaal N.V.), De Volksbank N.V. (voorheen genaamd SNS Bank N.V.) en Propertize B.V. (voorheen genaamd SNS Property Finance B.V.), van voormalig bestuurders en commissarissen van deze vennootschappen, alsmede van KPMG Accountants N.V. en KPMG Advisory N.V. en van de accountants die goedkeurende verklaringen hebben ondertekend met betrekking tot jaarrekeningen van SNS Reaal N.V. respectievelijk een assurance-verklaring hebben ondertekend met betrekking tot onderdelen van een jaarverslag van SNS Reaal N.V.;
- ii) overleg zoals bedoeld in artikel 3:305a lid 2 (oud) BW met de sub (i) bedoelde partijen, hun vertegenwoordigers en verzekeraars, en
- iii) civiele procedures ten overstaan van de Nederlandse rechter ter vaststelling van aansprakelijkheid van de sub (i) bedoelde partijen en ter verkrijging van schadevergoeding;