ECLI:NL:GHAMS:2023:1451
Gerechtshof Amsterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Verlenging machtiging tot uithuisplaatsing van minderjarige en verzoek tot vervanging van de gecertificeerde instelling
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 27 juni 2023 uitspraak gedaan in hoger beroep over de verlenging van de machtiging tot uithuisplaatsing van de minderjarige [minderjarige 1]. De moeder, verzoekster in hoger beroep, was niet-ontvankelijk in haar verzoek tot vervanging van de gecertificeerde instelling (GI). De machtiging tot uithuisplaatsing was eerder verleend door de kinderrechter en werd op verzoek van de GI verlengd tot 30 december 2023. De moeder stelde dat er geen noodzaak was voor deze verlenging, omdat haar situatie was verbeterd en zij in staat was om voor [minderjarige 1] te zorgen. De GI en de vader waren van mening dat de uithuisplaatsing noodzakelijk bleef vanwege de ernstige zorgen over de ontwikkeling van [minderjarige 1]. Het hof oordeelde dat de gronden voor de machtiging tot uithuisplaatsing ten tijde van de bestreden beschikking aanwezig waren en dat dit ook nu nog het geval was. De moeder werd niet-ontvankelijk verklaard in haar verzoek tot vervanging van de GI, omdat tegen deze beslissing geen hoger beroep mogelijk was. Het hof bekrachtigde de bestreden beschikking.