ECLI:NL:GHAMS:2022:3944

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
10 juni 2022
Publicatiedatum
15 oktober 2024
Zaaknummer
23-002991-21
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep tegen veroordeling voor rijden zonder rijbewijs

In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 10 juni 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere veroordeling van de verdachte voor het rijden zonder rijbewijs. De verdachte, geboren in 1998, was niet verschenen op de zitting, net als zijn raadsvrouw. Het hof verleende verstek en besloot de zaak te behandelen. De advocaat-generaal vorderde dat de verdachte schuldig werd verklaard zonder straf of maatregel, en dat de auto, die in beslag was genomen, verbeurd werd verklaard. De tenlastelegging betrof het rijden op 3 oktober 2019 op het Frederiksplein in Amsterdam zonder geldig rijbewijs. Het hof achtte het ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen. De verdachte had geen rijbewijs en had de verkeersveiligheid in gevaar gebracht door als bestuurder van een motorrijtuig te rijden. Het hof vernietigde het vonnis waarvan beroep en verklaarde de verdachte schuldig, maar legde geen straf of maatregel op. De in beslag genomen auto werd verbeurd verklaard. De beslissing is gebaseerd op de artikelen 9a, 33, 33a en 63 van het Wetboek van Strafrecht en de artikelen 107 en 177 van de Wegenverkeerswet 1994.

Uitspraak

proces-verbaal terechtzitting
GERECHTSHOF AMSTERDAM
datum arrest parketnummer
datum vonnis eerste aanleg parketnummer
10 juni 2022 23-002991-21
22 oktober 2021
96-243969-19
Proces-verbaal van de in het openbaar gehouden terechtzitting van dit gerechtshof, enkelvoudige kamer, op
10 juni 2022.
Tegenwoordig:
mr.
N.A.Schimmel en mr. M. Boelens
raadsheer, griffier.
Het openbaar ministerie wordt vertegenwoordigd door mr. P. Berden, advocaat-generaal. De raadsheer doet de zaak tegen na te noemen verdachte uitroepen.
De verdachte, gedagvaard als:
[verdachte]
geboren [geboortedag] 1998 te [geboorteplaats]
[adres], is niet verschenen.
De raadsvrouw van de verdachte mr. L. Snel, advocaat te Amsterdam, is evenmin verschenen.
De raadsheer deelt mede dat de zaak bepaald is aangehouden van de zitting van 3 juni 2022 op verzoek van de verdediging en dat in overleg de zaak vandaag behandeld zou worden.
Het gerechtshof verleent verstek tegen de niet verschenen verdachte en beveelt dat met de behandeling van de zaak zal worden voortgegaan.
De advocaat-generaal draagt de zaak voor.
De raadsheer houdt voor de stukken in het dossier, alsmede de appelschriftuur. Tevens houdt hij voor een uittreksel uit de Justitiële Documentatie van 30 mei 2022 en deelt mede dat artikel 63 van het Wetboek van Strafrecht van toepassing is. Uit de beslagstukken blijkt dat de waarde van de auto minder dan 500 euro is.
De advocaat-generaal rekwireert tot een bewezenverklaring en zegt dat de in eerste aanleg opgelegde straf meer dan schappelijk is geweest en vordert dat de auto verbeurd wordt verklaard en de verdachte schuldig wordt verklaard zonder dat een straf of maatregel wordt 'opgelegd.
De raadsheer verklaart het onderzoek gesloten en deelt mee terstond mondeling arrest te zullen wijzen. De raadsheer spreekt het arrest uit ter openbare terechtzitting.
AANTEKENING VAN HET MONDELING ARREST
Tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd dat:
hij, op of omstreeks 3 oktober 2019 te Amsterdam als bestuurder van een motorrijtuig (personenauto) heeft gereden op de weg, het Frederiksplein, zonder dat aan hem door de daartoe bevoegde autoriteit, als bedoeld in artikel 116 lid 1 van de Wegenverkeerswet 1994 een rijbewijs was afgegeven voor de categorie van motorrijtuigen, waartoe dat motorrijtuig behoorde.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zal het hof deze verbeterd lezen. De verdachte wordt daardoor niet in de verdediging geschaad.
Vonnis waarvan beroep
Het vonnis waarvan beroep kan niet in stand blijven, omdat daarvan slechts aantekening is gedaan ingevolge artikel 395a van het Wetboek van St afvordering.
Bewezenverklaring
Het hof acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde heeft begaan met dien verstande dat:
hij op 3 oktober 2019 te Amsterdam als bestuurder van een motorrijtuig, personenauto, heeft gereden op de weg, het Frederiksplein, zonder dat aan hem door de daartoe bevoegde autoriteit, als bedoeld in artikel 116 lid I van de Wegenverkeerswet 1994 een rijbewijs was afgegeven voor de categorie van motorrijtuigen, waartoe dat motorrijtuig behoorde.
Bewiismiddel
De in het bewijsmiddel opgenoemde feiten en omstandigheden leveren de redengevende feiten en omstandigheden op, waarop de beslissing van het hof steunt, dat het ten laste gelegde en bewezen geachte feit door verdachte is begaan.
Een proces-verbaal met nummer 031020191510124883 van 16 oktober 2019 , in de wettelijke vorm opgemaakt door de bevoegde opsporingsambtenaren [verbalisant 1] en [verbalisant 2].
Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als
mededeling van verbalisanten of één van hen:
Ik, [verbalisant 1], zag/constateerde, dan wel stelde na onderzoek vast, dat een persoon een feit
pleegde dat als volgt is omschreven in de tekstenbundel van de Commissie Feiten en Tarieven van het Openbaar Ministerie:
als bestuurder van een motorrijtuig rijden zonder dat een rijbewijs is afgegeven voor het besturen van motorrijtuigen van de categorie waartoe dat motorrijtuig behoort
Artikel 107 lid WWV 1994
Datum Gemeente
03-10-2019
Amsterdam
Locatie : Frederiksplein
Ter hoogte van huisnummer [nummer 1], binnen een als zodanig aangeduide bebouwde kom Soort weg : Een weg, zijnde een voor het openbaar verkeer openstaande weg Voertuig Personenauto
Merk/type : AUDI, AUDI TT; COUPE 132 KW Kenteken [kenteken] Land: Nederland
Ik, verbalisant [verbalisant 1], heb de verdachte in het vennelde voertuig op de vermelde locatie zien rijden. Mede ter controle op de naleving van de bij of krachtens de Wegenverkeerswet 1994 gestelde bepalingen stelde ik nader onderzoek in. Na vordering toonde verdachte geen geldig rijbewijs.
Bij het raadplegen van het rijbewijzenregister bleek mij dat aan verdachte nooit enig rijbewijs was afgegeven. Voor het besturen van dit motorrijtuig was vereist een rijbewijs 8. Wij, verbalisanten, zagen een ANPR hit dat de ten naam gestelde van motorr_ijtuig met kenteken [kenteken] een MBG zaak open zou hebben.
Wij, verbalisanten, zagen betrokken voertuig rijden op het Frederiksplein. Bij controle bleek de ten naam gestelde in het voertuig als bestuurder te zitten. De bestuurder bleek niet in het bezit was van een geldig rijbewijs 8.
Verdachte werd staande gehouden en verstrekte mij, [verbalisant 1], desgevraagd de volgende personalia:
Achternaam Voornamen Geboren Geboortegemeente
: [verdachte]
: [verdachte]
: [geboortedag]-1998
: [geboorteplaats] in Nederland
Ik, [verbalisant 1], heb de verdachte meegedeeld dat hij/zij niet tot antwoorden verplicht is, van welk strafbaar feit hij/zij als verdachte is aangemerkt en dat hijl?ij recht heeft op rechtsbijstand.
De verdachte verklaarde:
Het is zo, ik weet het. Ik moest even weg. Maar ik heb op dit moment geen rijbewijs

Strafbaarheid van het bewezen verklaaarde

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezen verklaarde uitsluit, zodat dit strafbaar is.
Het bewezen verklaarde levert op:
Overtreding van artikel 107, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994.

Strafbaarheid van de verdachte

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluit, zodat de verdachte strafbaar is.

Toepassing van artikel 9a van het Wetboek van Strafrecht

De politierechter in de rechtbank Amsterdam heeft de verdachte schuldig verklaard zonder dat een straf of maatregel wordt opgelegd.
Tegen voormeld vonnis is door de verdachte hoger beroep ingesteld.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de verdachte ten aanzien van het ten laste gelegde schuldig wordt verklaard zonder dat een straf of maatregel wordt opgelegd en dat de (reeds gesloopte) personenauto wordt verbeurd verklaard.
Het hof heeft in hoger beroep de op te leggen straf bepaald op grond van de ernst van het feit en de omstandigheden waaronder dit is begaan, en gelet de persoon en de draagkracht van de verdachte.
Het hof heeft bij de strafoplegging in het bijzonder het volgende in beschouwing genomen.
De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan het besturen van een personenauto zonder dat hij over het daarvoor vereiste rijbewijs beschikte en dus er nog geen blijk van had gegeven over de benodigde kennis en rijvaardigheid te beschikken. Door aldus te handelen heeft de verdachte de verkeersveiligheid in gevaar gebracht. Bij de bepaling van de op te leggen straf heeft het hof acht geslagen op artikel 63 van het Wetboek van Strafrecht.
Het hierna te noemen in beslag genomen en nog niet teruggegeven voorwerp dat aan verdachte toebehoort, dient te worden verbeurd verklaard en is daarvoor vatbaar aangezien het bewezen verklaarde met behulp van dat voorwerp is begaan.
In verband met het voorgaande ziet het hof aanleiding om toepassing te geven aan het bepaalde in artikel 9a van het Wetboek van Strafrecht, zodat de verdachte ter zake van dat feit schuldig zal worden verklaard zonder oplegging van straf of maatregel.

Toepasselijke wettelijke voorschriften

De op te leggen straf is gegrond op de artikelen 9a, 33, 33a en 63 van het Wetboek van Strafrecht en de artikelen 107 en 177 van de Wegenverkeerswet 1994.
BESLISSING
Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht.
Verklaart zoals hiervoor overwogen bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is ten laste gelegd en spreekt verdachte daarvan vrij.
Verklaart het bewezen verklaarde strafbaar, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart de verdachte strafbaar.
Bepaalt dat ter zake van het bewezenverklaarde geen straf of maatregel wordt opgelegd.
Verklaart verbeurdhet in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerp, te weten: Auto, kenteken: [kenteken] (omschrijving: G58 l 5882, Grijs, merk: Audi, chassisnr: [nummer 2], bouwjaar 1999).
Waarvan is opgemaakt dit proces-verbaal, dat door de raadsheer en de griffier is vastgesteld en ondertekend.