ECLI:NL:GHAMS:2022:3840

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
27 december 2022
Publicatiedatum
13 april 2023
Zaaknummer
23-001688-20
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van de verdachte in hoger beroep wegens het ontbreken van grieven

In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 13 december 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam, dat op 29 juli 2020 was gewezen. De verdachte, geboren in 1999 en thans zonder bekende woon- of verblijfplaats, heeft hoger beroep ingesteld tegen het eerdergenoemde vonnis. Tijdens de zitting op 13 december 2022 heeft het hof vastgesteld dat er geen schriftelijke grieven zijn ingediend door of namens de verdachte, noch zijn er mondelinge bezwaren tegen het vonnis opgegeven. Dit gebrek aan grieven heeft geleid tot de conclusie dat er geen rechtens te respecteren belang is dat een verder onderzoek van de zaak rechtvaardigt.

Het hof heeft de vordering van de advocaat-generaal in overweging genomen, die stelde dat de verdachte niet-ontvankelijk verklaard zou moeten worden in het door hem ingestelde hoger beroep. Gelet op artikel 416, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering, heeft het hof geoordeeld dat de verdachte niet-ontvankelijk moet worden verklaard in het hoger beroep. De beslissing is genomen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin drie rechters zitting hadden. De uitspraak is gedaan in aanwezigheid van de griffiers, maar mr. P.C. Verloop en mr. I. Peetoom waren buiten staat om het arrest mede te ondertekenen.

De uitspraak van het hof benadrukt het belang van het indienen van grieven in hoger beroep en de gevolgen van het ontbreken daarvan voor de ontvankelijkheid van de verdachte. Het arrest is openbaar uitgesproken tijdens de zitting van het gerechtshof op 13 december 2022.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-001688-20
datum uitspraak: 13 december 2022
VERSTEK(niet-gemachtigd raadsvrouw)
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam van 29 juli 2020 in de strafzaak onder parketnummer 13-193037-20 tegen
[verdachte01],
geboren te [geboorteplaats01] ( [geboorteland01] ) op [geboortedatum01] 1999,
thans zonder bekende woon- of verblijfplaats hier te lande.

Onderzoek ter terechtzitting

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van 13 december 2022.
De verdachte heeft hoger beroep ingesteld tegen voormeld vonnis.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal, inhoudende dat de verdachte niet-ontvankelijk zal worden verklaard in het door hem ingestelde hoger beroep nu er geen grieven zijn ingediend.

Ontvankelijkheid van de verdachte in het hoger beroep

Door of namens de verdachte is geen schriftuur houdende grieven ingediend. Evenmin zijn mondeling bezwaren tegen het vonnis opgegeven. Ook overigens is niet gebleken van enig rechtens te respecteren belang dat is gediend met enig onderzoek van de zaak. Om die reden wordt de verdachte niet-ontvankelijk verklaard in het ingestelde hoger beroep, gelet op het bepaalde in artikel 416, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering.

BESLISSING

Het hof:
Verklaart de verdachte niet-ontvankelijk in het hoger beroep.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. V.M.A. Sinnige, mr. S. Jongeling en mr. P.C. Verloop, in tegenwoordigheid van mrs. I. Peetoom en P.E. de Wildt, griffiers, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 13 december 2022.
mr. P.C. Verloop en mr. I. Peetoom zijn buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.