ECLI:NL:GHAMS:2022:3777

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
2 februari 2022
Publicatiedatum
17 januari 2023
Zaaknummer
23-002489-20
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep tegen veroordeling voor mishandeling, bedreiging en belediging met oplegging van taakstraf

In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 2 februari 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam. De verdachte was eerder veroordeeld voor mishandeling, bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht en eenvoudige belediging. De feiten vonden plaats op 8 oktober 2017 te Amstelveen. Het hof heeft de verdachte niet-ontvankelijk verklaard in het hoger beroep voor zover dit gericht was tegen de beslissing in de zaak B. Het hof heeft het vonnis waarvan beroep vernietigd voor zover dit aan het oordeel van het hof was onderworpen en heeft in zoverre opnieuw recht gedaan. De verdachte is vrijgesproken van het in de zaak B onder 1 tenlastegelegde. Voor de bewezenverklaarde feiten in zaak A is de verdachte veroordeeld tot een taakstraf van 40 uren, waarvan 20 uren voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren. Tevens is bepaald dat de tijd die de verdachte in voorarrest heeft doorgebracht, in mindering zal worden gebracht op de opgelegde taakstraf. De vordering van de benadeelde partij is afgewezen, waarbij is bepaald dat beide partijen hun eigen kosten dragen. De verdachte en de advocaat-generaal hebben afstand gedaan van het recht om beroep in cassatie in te stellen.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer eerste aanleg : 13-245591-17 (zaak A) en 13-194814-20 (zaak B)
parketnummer hoger beroep : 23-002489-20
TEGENSPRAAK
Arrest van het gerechtshof Amsterdam, enkelvoudige strafkamer, van 2 februari 2022 gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam van 22 oktober 2020 in de zaak tegen de verdachte:
naam: [verdachte]
voornamen: [verdachte]
geboren: op [geboortedag] 1971 te [geboorteplaats]
adres: [adres] .

Kwalificatie van het bewezenverklaarde

Het in de zaak A onder 1 bewezenverklaarde levert op:
mishandeling.
Het in de zaak A onder 2 bewezenverklaarde levert op:
bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht.
Het in de zaak A onder 3 bewezenverklaarde levert op:
eenvoudige belediging.
gepleegd
in de zaak A
feit 1:
op 8 oktober 2017 te Amstelveen;
feit 2:
op 8 oktober 2017 te Amstelveen;
feit 3:
op 8 oktober 2017 te Amstelveen;

Toepasselijke wettelijke voorschriften

de artikelen 9, 14a, 14b, 14c, 22c, 22d, 57, 266, 285 en 300 van het Wetboek van Strafrecht.

BESLISSING

Het hof:
Verklaart de verdachte niet-ontvankelijk in het hoger beroep, voor zover gericht tegen de beslissing ter zake van het in de zaak B onder 2 tenlastegelegde.
Vernietigt het vonnis waarvan beroep voor zover aan het oordeel van het hof onderworpen en doet in zoverre opnieuw recht.
Verklaart niet bewezen dat de verdachte het in de zaak B onder 1 tenlastegelegde heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Veroordeelt de verdachte ten aanzien van het in zaak A onder 1, 2 en 3 tenlastegelegde tot een
taakstrafvoor de duur van
40 (veertig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
20 (twintig) dagen hechtenis.
Bepaalt dat een gedeelte van de taakstraf, groot
20 (twintig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
10 (tien) dagenhechtenis, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van de proeftijd van
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Beveelt dat de tijd die door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in enige in artikel 27, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht bedoelde vorm van voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde taakstraf in mindering zal worden gebracht, volgens de maatstaf van twee uren taakstraf per in voorarrest doorgebrachte dag, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde]
Verklaart de benadeelde partij [benadeelde] niet-ontvankelijk in de vordering tot schadevergoeding.
Bepaalt dat de benadeelde partij en de verdachte ieder hun eigen kosten dragen.
Gewezen door mr. M.L.M. van der Voet, in bijzijn van mr. A. Ivanov, griffier.
mr. M.L.M. van der Voet
De verdachte en de advocaat-generaal hebben verklaard afstand te doen van het recht beroep in cassatie in te stellen.