ECLI:NL:GHAMS:2022:354
Gerechtshof Amsterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot wijziging kinderalimentatie wegens gebrek aan wijziging van omstandigheden
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 8 februari 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep inzake een verzoek tot wijziging van kinderalimentatie. De man, verzoeker in hoger beroep, had in eerste aanleg een alimentatieverplichting van € 168,- per kind per maand opgelegd gekregen door de rechtbank Noord-Holland. De man verzocht het hof om deze beschikking te vernietigen en de kinderalimentatie op nihil te stellen, omdat zijn financiële situatie niet was veranderd sinds de echtscheiding in 2013. De vrouw, verweerster in hoger beroep, heeft afgezien van verweer en zich gerefereerd aan het oordeel van het hof.
Het hof overwoog dat beide partijen een uitkering op grond van de Participatiewet ontvangen en dat er geen sprake was van een wijziging van omstandigheden die een aanpassing van de alimentatie zou rechtvaardigen. De man had geen bewijs geleverd dat zijn financiële situatie was veranderd, en de eerdere afspraken in het ouderschapsplan gaven aan dat er destijds geen alimentatieverplichting was vastgesteld. Het hof vernietigde de eerdere beschikking van de rechtbank en wees het verzoek van de vrouw af, waarbij het hof ook oordeelde dat eventuele betalingen door de man niet teruggevorderd konden worden door de vrouw, gezien haar eigen financiële situatie.
De beslissing van het hof benadrukt het belang van een wijziging van omstandigheden voor het aanpassen van alimentatieverplichtingen en bevestigt dat de financiële situatie van de man niet was veranderd ten opzichte van de situatie ten tijde van de echtscheiding.