Uitspraak
De feiten en de rechtsgang
De beoordeling
nietmet de beschikking waarvan beroep en de gronden waarop deze berust.
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 30 november 2022 uitspraak gedaan in het hoger beroep van de officier van justitie tegen de beschikking van de rechtbank Noord-Holland, locatie Alkmaar, van 16 november 2022. Deze beschikking hield in dat de voorlopige hechtenis van de verdachte werd geschorst. Het hof heeft kennisgenomen van de relevante stukken en heeft de advocaat-generaal en de verdachte, bijgestaan door zijn raadsman mr. F.D.W. Siccama, gehoord.
Het hof heeft de beschikking waarvan beroep beoordeeld en is van oordeel dat er ernstige bezwaren zijn voor alle feiten die ten grondslag liggen aan de vordering tot inbewaringstelling. De verdachte wordt verdacht van een rol in grootschalige drugshandel, waarbij gebruik wordt gemaakt van crypto telefoons. Dit soort handel heeft vaak een financieel lucratief karakter, wat de verdachte in zijn levensonderhoud zou kunnen voorzien. Daarnaast heeft het hof gekeken naar de justitiële documentatie van de verdachte, waaruit blijkt dat hij eerder is veroordeeld voor delicten uit de Opiumwet, de Wet Wapen en Munitie, en witwassen.
Gezien de aard, ernst en omvang van de feiten, en de recidivegrond, oordeelt het hof dat de belangen van de strafvordering zwaarder wegen dan de persoonlijke belangen van de verdachte, zoals de zorg voor zijn moeder en het ondersteunen van de moeder van zijn kind. Het hof heeft daarom de bestreden beschikking vernietigd en de schorsing van de voorlopige hechtenis opgeheven. De beslissing is genomen in raadkamer en is op 30 november 2022 gegeven.