beschikking
___________________________________________________________________
GERECHTSHOF AMSTERDAM
ONDERNEMINGSKAMER
zaaknummer: 200.313.631/01 OK
beschikking van de Ondernemingskamer van 2 december 2022
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
NILLI SECUNDUS B.V.
gevestigd te Urk,
VERZOEKSTER,
advocaat:
mr. J.R. de Jong, kantoorhoudende te Amsterdam,
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
ZONCOL SOLARGROUP B.V.
gevestigd te Zwolle,
VERWEERSTER,
advocaat:
mr. J.C.F. Kooijmans, kantoorhoudende te Zwolle,
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
LABORAI B.V.
gevestigd te Zwolle,
BELANGHEBBENDE,
advocaat:
mr. J.C.F. Kooijmans,kantoorhoudende te Zwolle.
Partijen worden hierna afzonderlijk Nilli Secundus, Zoncol en Laborai genoemd. Zoncol en Laborai worden samen ook Zoncol c.s. genoemd.
1.
Het verloop van het geding
1.1 Nilli Secundus heeft bij verzoekschrift van 25 juli 2022 de Ondernemingskamer verzocht, samengevat,
een onderzoek te bevelen naar het beleid en de gang van zaken van Zoncol over de periode vanaf 1 januari 2017;
als onmiddellijke voorzieningen voor de duur van de procedure een derde persoon te benoemen tot bestuurder van Zoncol die zelfstandig bevoegd is om Zoncol vertegenwoordigen en zonder wie Zoncol niet zelfstandig vertegenwoordigd kan worden;
Zoncol te veroordelen in de kosten van de procedure.
1.2 Zoncol c.s. hebben bij verweerschrift van 15 september 2022 de Ondernemingskamer verzocht Nilli Secundus niet-ontvankelijk te verklaren in haar verzoek, dan wel dit verzoek af te wijzen en Nilli Secundus te veroordelen in de kosten van de procedure.
1.3 Het verzoek is behandeld op de zitting van de Ondernemingskamer van 6 oktober 2022. De advocaten hebben toen de standpunten van de verschillende partijen toegelicht aan de hand van overgelegde aantekeningen en onder overlegging van toegestuurde nadere producties. Partijen en hun advocaten hebben vragen van de Ondernemingskamer beantwoord en inlichtingen verstrekt. Mr. De Jong heeft namens verzoekster ter zitting de gronden van zijn verzoek vermeerderd. Hiertegen is ter zitting bezwaar gemaakt aan de zijde van verweerster op grond dat de vermeerdering van gronden in strijd is met de goede procesorde. De Ondernemingskamer heeft, na beraad in raadkamer, dat verweer gegrond geacht. Deze nieuwe gronden worden niet bij de beoordeling betrokken.
1.4 Partijen hebben ter zitting afgesproken te pogen hun geschil in der minne te regelen. Dit heeft geen succes gehad en mr. De Jong heeft alsnog een beschikking gevraagd.
2 Inleiding en feiten
2.1Deze zaak gaat over een geschil tussen de aandeelhouders van Zoncol; Nilli Secundus en Laborai. Zoncol ontplooit al jaren geen activiteiten meer en de samenwerking is begin 2018 feitelijk beëindigd. De aandeelhouders zijn het niet eens over de verdeling van de vermogensbestanddelen van Zoncol; Nilli Secundus vreest dat Laborai geld heeft onttrokken aan het vermogen van Zoncol. Laborai ontkent dit.
2.2Zoncol is op 24 september 2013 opgericht en dreef een onderneming die zich bezighield met duurzaamheid, onder meer via de verkoop en levering van zonsystemen. Laborai houdt 51% van de aandelen en Nilli Secundus houdt 49% van de aandelen in Zoncol. Zij vormen samen het bestuur van Zoncol en zijn als bestuurders gezamenlijk bevoegd Zoncol te vertegenwoordigen. Op dit moment is Nilli Secundus geschorst als bestuurder. [A] (hierna: [A] ) houdt alle aandelen in Laborai en is haar enige bestuurder. [B] (hierna: [B] ) houdt alle aandelen in Nilli Secundus en is haar enige bestuurder.
2.3Nilli Secundus heeft op 5 april 2018 € 48.400 overgeschreven vanaf de bankrekening van Zoncol naar een bankrekening van Nilli Secundus. Zij heeft op diezelfde dag aan Zoncol voor dat bedrag een factuur gestuurd met de omschrijving “garantie storting Isola Fish Urk”. Laborai heeft vervolgens op 9 april 2018 € 31.675,43 overgeschreven vanaf de bankrekening van Zoncol naar een bankrekening van Laborai. Laborai stelt zich op het standpunt dat zij deze betaling weer ongedaan heeft gemaakt door het bedrag - onder aftrek van door haar voor Zoncol voorgeschoten kosten - terug te betalen aan Zoncol.
2.4In 2018 heeft de algemene vergadering van Zoncol, in afwezigheid van Nilli Secundus, besloten tot schorsing van Nilli Secundus als bestuurder van Zoncol. De rechtsgeldigheid van dit besluit wordt door Nilli Secundus betwist.
2.5Bij vonnis in kort geding van 22 juni 2018 is Nilli Secundus veroordeeld het door haar overgemaakte bedrag van €48.400 - vermeerderd met rente en kosten - aan Zoncol terug te betalen op straffe van verbeurte van een dwangsom. Nilli Secundus heeft daartoe in totaal € 36.521, 36 aan Zoncol (terug)betaald.
2.6In de algemene vergadering van Zoncol van 6 mei 2019 is gestemd over het voorstel om de schorsing van Nilli Secundus als bestuurder ongedaan te maken. Nilli Secundus heeft voor gestemd en Laborai tegen, zodat het voorstel niet is aangenomen. Nilli Secundus heeft op de algemene vergadering van 6 mei 2019 gevraagd om inzage in de financiële administratie van Zoncol met betrekking tot de overboeking van € 31.675,43 van Zoncol aan Laborai en de gestelde terugbetaling en verrekening. [A] heeft namens het bestuur verklaard dat Nilli Secundus eerst aan de resterende betalingsverplichting op grond van het kort geding vonnis jegens Zoncol moet voldoen alvorens inzage wordt gegeven in de financiële administratie van Zoncol.
2.7Nilli Secundus heeft bij brief van 3 juni 2022 haar bezwaren tegen het beleid en de gang van zaken van Zoncol kenbaar gemaakt.