ECLI:NL:GHAMS:2022:3049
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Bevestiging vonnis met vervangende bewijsoverweging over het voorhanden hebben van een wapen en munitie door de verdachte
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 27 oktober 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen het vonnis van de rechtbank Amsterdam van 27 oktober 2021. De verdachte, geboren in 2001, was in hoger beroep gegaan tegen het vonnis waarin hij was veroordeeld voor het voorhanden hebben van een wapen en munitie. Het hof heeft het vonnis van de rechtbank bevestigd, maar met een vervangende bewijsoverweging. Tijdens de zitting in hoger beroep op 13 oktober 2022 heeft de advocaat-generaal dezelfde straf geëist als in eerste aanleg. De verdachte ontkende wetenschap te hebben van het wapen dat in de helmbak van zijn scooter was aangetroffen. Het hof overweegt dat voor een veroordeling vereist is dat de verdachte zich bewust was van de (waarschijnlijke) aanwezigheid van het wapen of de munitie. Het hof concludeert dat de verdachte zich, in voorwaardelijke vorm, bewust was van de aanwezigheid van het vuurwapen en de munitie in het roodkleurige tasje dat hij twee dagen eerder had gekregen. De verdachte had feitelijke macht over het wapen, aangezien het in de helmbak van zijn scooter was aangetroffen. Het hof bevestigt het vonnis van de rechtbank, met inachtneming van de vervangende bewijsoverweging.