ECLI:NL:GHAMS:2022:3004

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
12 september 2022
Publicatiedatum
24 oktober 2022
Zaaknummer
23-003430-21
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep tegen vonnis van de politierechter inzake mishandeling met voorwaardelijke taakstraf

Op 12 september 2022 heeft het Gerechtshof Amsterdam uitspraak gedaan in een hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam, dat op 16 december 2021 was gewezen. De zaak betreft de verdachte, geboren in 1990 te [geboorteplaats01], die werd beschuldigd van mishandeling gepleegd op 16 februari 2020 te Amsterdam. Het hof heeft het vonnis van de politierechter vernietigd en opnieuw recht gedaan. De verdachte werd veroordeeld tot een taakstraf van 80 uren, die geheel voorwaardelijk werd opgelegd. Dit betekent dat de taakstraf niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de verdachte zich voor het einde van de proeftijd schuldig maakt aan een strafbaar feit. Het hof heeft ook de eerder uitgevaardigde strafbeschikking van 18 maart 2021 vernietigd. De beslissing van het hof is genomen in aanwezigheid van de griffiers mr. S. Geensen en mr. I. Peetoom. Zowel de verdachte als de advocaat-generaal hebben ter terechtzitting afstand gedaan van het recht om beroep in cassatie in te stellen.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer eerste aanleg : 13-042291-20
parketnummer hoger beroep : 23-003430-21
TEGENSPRAAK
Arrest van het gerechtshof Amsterdam, enkelvoudige strafkamer, van 12 september 2022 gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam van 16 december 2021 in de zaak tegen de verdachte:
naam: [verdachte01]
voornamen: [verdachte01]
geboren: op [geboortedatum01] 1990 te [geboorteplaats01] ( [geboorteland01] )
adres: [adres01]

Kwalificatie van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:
mishandeling.
gepleegd op 16 februari 2020 te Amsterdam.

Toepasselijke wettelijke voorschriften

de artikelen 9, 14a, 14b, 14c, 22c, 22d en 300 van het Wetboek van Strafrecht.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Vernietigt de eerder uitgevaardigde strafbeschikking d.d. 18 maart 2021 onder CJIB nummer [nummer01] .
Veroordeelt de verdachte tot een
taakstrafvoor de duur van
80 (tachtig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
40 (veertig) dagen hechtenis.
Bepaalt dat de taakstraf niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van de proeftijd van
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Gewezen door mr. M. Lolkema, in bijzijn van mr. S. Geensen en mr. I. Peetoom, griffiers.
mr. M. Lolkema.
De verdachte en de advocaat-generaal hebben ter terechtzitting afstand gedaan van het recht beroep in cassatie in te stellen.