ECLI:NL:GHAMS:2022:2824
Gerechtshof Amsterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Instelling van bewind en mentorschap voor betrokkene met geestelijke gezondheidsproblemen
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 4 oktober 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep over de instelling van bewind en mentorschap voor de betrokkene, die lijdt aan geestelijke gezondheidsproblemen. De betrokkene, geboren in 1970, is in hoger beroep gekomen van eerdere beschikkingen van de kantonrechter van 28 september 2021, waarin een zorgmachtiging was afgegeven en bewind en mentorschap waren ingesteld op verzoek van zorginstelling Mentrum. De betrokkene heeft altijd bij haar moeder gewoond, maar de situatie was problematisch, met meldingen van geluids- en stankoverlast en een vervuilde woning. De moeder van de betrokkene is inmiddels in een verzorgingshuis opgenomen na een CVA, en de betrokkene verblijft in een herstelkliniek van Mentrum.
Tijdens de mondelinge behandeling op 25 juli 2022 heeft de betrokkene haar standpunt toegelicht, waarbij zij betwistte dat er gronden waren voor het instellen van bewind en mentorschap. Het hof heeft echter geconcludeerd dat de betrokkene niet in staat is haar belangen zelf behoorlijk waar te nemen, zowel op niet-vermogensrechtelijk als vermogensrechtelijk gebied. De betrokkene heeft geen eigen inkomen en leeft van de AOW-uitkering van haar moeder, die niet in staat is om voor beiden te zorgen. Het hof heeft vastgesteld dat de betrokkene onvoldoende inzicht heeft in haar financiële situatie en dat de noodzaak voor bewind en mentorschap nog steeds bestaat. Het hof heeft daarom de bestreden beschikkingen bekrachtigd en het verzoek in hoger beroep afgewezen.