Op 28 januari 2022 heeft het Gerechtshof Amsterdam uitspraak gedaan in een hoger beroep tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam, dat op 19 augustus 2021 was gewezen. De zaak betreft de verdachte, geboren in 1975, die beschuldigd werd van eenvoudige belediging van een ambtenaar tijdens de rechtmatige uitoefening van diens functie. De belediging vond plaats op 2 augustus 2021 in Amsterdam. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte meermalen beledigend heeft gehandeld, wat valt onder de artikelen 14a, 14b, 14c, 63, 266 en 267 van het Wetboek van Strafrecht.
Het hof heeft het vonnis van de politierechter vernietigd en opnieuw recht gedaan. De verdachte is veroordeeld tot een gevangenisstraf van één week, die voor de duur van twee jaren voorwaardelijk is opgelegd. Dit betekent dat de gevangenisstraf niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de verdachte zich voor het einde van de proeftijd van twee jaren schuldig maakt aan een strafbaar feit. De uitspraak is gedaan in tegenwoordigheid van de griffier, L.M. van Leeuwen, en onder leiding van rechter J.J.J. Schols.