ECLI:NL:GHAMS:2022:2589
Gerechtshof Amsterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Wijziging verblijf in het kader van een machtiging uithuisplaatsing
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 6 september 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep over de wijziging van het verblijf van de minderjarige [minderjarige]. De ouders, [de vader] en [de moeder], hebben in hoger beroep beroep aangetekend tegen de beschikking van de kinderrechter van 10 maart 2022, waarin toestemming werd verleend voor de uithuisplaatsing van [minderjarige] in een gezinshuis. De ouders verzoeken nu om de machtiging tot uithuisplaatsing te wijzigen, zodat [minderjarige] bij zijn tante kan wonen. De gecertificeerde instelling, de William Schrikker Stichting Jeugdbescherming & Jeugdreclassering (hierna: de GI), verzet zich tegen dit verzoek en stelt dat de huidige plaatsing in het gezinshuis in het belang van [minderjarige] is. Tijdens de mondelinge behandeling op 22 juli 2022 zijn de ouders, de GI, de tante en de Raad voor de Kinderbescherming verschenen. De Raad heeft geadviseerd de bestreden beschikking te bekrachtigen, omdat de plaatsing in het gezinshuis noodzakelijk is voor de ontwikkeling van [minderjarige]. Het hof heeft de argumenten van de ouders en de GI afgewogen en geconcludeerd dat de huidige zorgstructuur in het gezinshuis het beste aansluit bij de specifieke behoeften van [minderjarige]. Het hof heeft de bestreden beschikking bekrachtigd en het verzoek van de ouders afgewezen. De ouders en de tante hebben wel aandacht gevraagd voor het belang van de familiebanden van [minderjarige], wat ook door het hof wordt erkend. De GI en het gezinshuis zijn bereid om omgang met de biologische familie te faciliteren.