Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.Het geding in hoger beroep
2.Beoordeling
.Op deze in beginsel strakke regel (de twee-conclusieleer) worden alleen uitzonderingen gemaakt 1) vanwege de bijzondere aard van de procedure, 2) vanwege de ondubbelzinnige toestemming van de wederpartij voor toelating van een tardieve stellingname, of 3) omdat de toepassing van de regel in strijd is met de goede procesorde. Hierbij valt te denken aan (i) een rechterlijke fout; (ii) nieuwe ontwikkelingen van feitelijke of juridische aard nadat van grieven is gediend; of (iii) een aan de wederpartij toe te rekenen verkeerde voorstelling van zaken. Dergelijke uitzonderingen doen zich thans niet voor. Zo’n uitzondering is niet het feit dat, zoals de vrouw stelt, de verdeling nog steeds niet heeft plaatsgevonden. Dit is immers het gevolg van de onderhavige procedure. Ook overigens ontbreken omstandigheden die tot het oordeel zouden moeten leiden dat een uitzondering op de twee-conclusieleer gerechtvaardigd is. Dit betekent dat het hof geen aanleiding ziet om af te wijken van het uitgangspunt van het hof, zoals bepaald in het tussenarrest, dat de peildatum voor de waardering van het appartement 13 maart 2019 is.