4.1Bij de bestreden beschikking is, samengevat en voor zover thans van belang:
- bepaald dat de man aan de vrouw een bijdrage in de kosten voor verzorging en opvoeding van de kinderen (hierna te noemen: kinderalimentatie) dient te voldoen van € 327,- per kind per maand, met ingang van 27 januari 2021;
- het verzoek van de vrouw tot vaststelling van een door de man aan haar te betalen uitkering tot levensonderhoud (hierna: partneralimentatie) afgewezen;
- de woning tegen een waarde van € 385.000,- toegedeeld aan de vrouw, mits de man wordt ontslagen uit de hoofdelijke aansprakelijkheid ten aanzien van de op de woning rustende hypothecaire geldlening. Tevens is bepaald dat aan de man de helft van de overwaarde van de woning en de helft van de afkoopwaarde van de aan de hypotheek verbonden polissen toekomt;
- bepaald dat de inboedel tussen partijen zal worden verdeeld door middel van het opgooien van een dobbelsteen, waarna ieder om beurten mag kiezen;
- bepaald dat de auto Volkswagen Touran aan de vrouw wordt toebedeeld tegen een waarde van € 28.000,-, waarbij de vrouw aan de man een bedrag van € 14.000,- dient te voldoen;
- bepaald dat de Groei Groter Rekeningen van de kinderen aan de vrouw worden toegedeeld, onder de verplichting de helft van het saldo aan de man te voldoen;
- een regeling getroffen voor de verdeling van het saldo op de drie gezamenlijke bankrekeningen;
- bepaald dat [hond] onverdeeld blijft en met de kinderen meegaat bij omgang; de kosten voor de hond worden bij helfte gedeeld;
- bepaald dat de Camper Volkswagen California met kenteken [kenteken] eigendom is van de vrouw en de man een vordering uit hoofde van een vergoedingsrecht van € 11.500,- heeft op de vrouw in verband met zijn investering in de Camper.
in principaal hoger beroep