ECLI:NL:GHAMS:2022:2321
Gerechtshof Amsterdam
- Tussenbeschikking
- Rechtspraak.nl
Bepaling ouderschap en aanhouding kinderalimentatie in hoger beroep
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 9 augustus 2022 een tussenbeschikking gegeven in een hoger beroep betreffende de vaststelling van het ouderschap en de kinderalimentatie. De man, verzoeker in hoger beroep, heeft in eerste aanleg verzocht om DNA-onderzoek om vast te stellen of hij de biologische vader is van het kind. De rechtbank had eerder bepaald dat de man in de kosten van het onvoltooide DNA-onderzoek moest bijdragen en een maandelijkse bijdrage voor de verzorging van het kind moest betalen. De man heeft echter op de regiezitting aangegeven niet bereid te zijn om mee te werken aan het DNA-onderzoek, wat leidde tot de conclusie dat het hof geen aanleiding zag om het onderzoek ambtshalve voort te zetten. Het hof heeft de beschikking van de rechtbank bekrachtigd, waarbij het ouderschap van de man is vastgesteld en hij is veroordeeld in de kosten van het DNA-onderzoek. De zaak met betrekking tot de kinderalimentatie is aangehouden voor verdere behandeling door de meervoudige kamer. Partijen zijn verzocht om hun verhinderdata door te geven en aanvullende financiële stukken in te dienen. De bijzondere curator is ontslagen van haar werkzaamheden. De beslissing is openbaar uitgesproken door de voorzitter van het hof.