In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 26 juli 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep betreffende de benoeming en het ontslag van een bewindvoerder. De rechthebbende, geboren in Japan en wonende in Nederland, had in hoger beroep beroep aangetekend tegen een beschikking van de kantonrechter die de opheffing van haar curatele en de instelling van bewind betrof. De rechthebbende verzocht om de curatele op te heffen en de bewindvoering te beëindigen, maar subsidiair om de huidige bewindvoerder te ontslaan en een vrouwelijke bewindvoerder te benoemen. Het hof heeft vastgesteld dat de rechthebbende ten tijde van de bestreden beschikking niet in staat was haar vermogensrechtelijke belangen behoorlijk waar te nemen, en heeft de bestreden beschikking in zoverre bekrachtigd. Het hof heeft echter ook geconstateerd dat er geen effectieve samenwerking meer mogelijk was tussen de rechthebbende en de huidige bewindvoerder, en heeft besloten om de huidige bewindvoerder te ontslaan en een nieuwe bewindvoerder, [Y] Bewindvoeringen B.V., te benoemen. Deze benoeming gaat in op 1 september 2022. De rechthebbende heeft geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid om een nieuwe bewindvoerder voor te stellen, waardoor het hof zelf een oplossing heeft moeten vinden. De proceskosten zijn niet toegewezen, en de beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.