ECLI:NL:GHAMS:2022:1998

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
5 juli 2022
Publicatiedatum
7 juli 2022
Zaaknummer
23-002472-21
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van niet voldoen aan noodbevel burgemeester Amsterdam

In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 5 juli 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam. De verdachte was eerder veroordeeld tot een geldboete van € 250,00, subsidiair 5 dagen hechtenis, omdat hij op 28 februari 2021 niet had voldaan aan een noodbevel van de burgemeester van Amsterdam om zich van het Museumplein te verwijderen. De verdachte had hoger beroep ingesteld tegen dit vonnis. Tijdens de zitting in hoger beroep op 21 juni 2022 heeft het hof de vordering van de advocaat-generaal gehoord, die dezelfde straf als door de politierechter had opgelegd, heeft gevorderd. Het hof heeft echter geoordeeld dat niet wettig en overtuigend bewezen kon worden dat de verdachte opzet had om niet aan het bevel van de burgemeester te voldoen. De verdachte was op het Museumplein aanwezig tijdens een samenkomst die door de autoriteiten als demonstratie was aangemerkt. Na het uitvaardigen van het noodbevel door de burgemeester, heeft de politie gevorderd dat alle aanwezigen zich zouden verwijderen. De verdachte heeft verklaard dat hij dacht aan de vordering te hebben voldaan door zich naar de Van Baerlestraat te verplaatsen. Het hof concludeert dat er onvoldoende bewijs is voor het opzet van de verdachte, waardoor hij vrijgesproken wordt van de tenlastelegging. Het vonnis waarvan beroep is vernietigd en de eerder uitgevaardigde strafbeschikking is ook vernietigd.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-002472-21
datum uitspraak: 5 juli 2022
TEGENSPRAAK
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam van 3 september 2021 in de strafzaak onder parketnummer 13-058328-21 tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1976,
adres: [adres].

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van 21 juni 2022.
De verdachte heeft hoger beroep ingesteld tegen voormeld vonnis, waarbij hij is veroordeeld tot een geldboete van € 250,00, subsidiair 5 dagen hechtenis.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen de verdachte naar voren heeft gebracht.

Tenlastelegging

Aan de verdachte is tenlastegelegd dat:
Hij, op of omstreeks 28 februari 2021 te Amsterdam, tezamen en in vereniging met anderen, althans alleen, opzettelijk niet heeft voldaan aan een opdracht krachtens artikel 175 gemeentewet, te weten een (nood)bevel van de Burgemeester, in elk geval krachtens wettelijk voorschrift, gegeven door of namens de Burgemeester van Amsterdam (zijnde een ambtenaar met uitoefening van enig toezicht belast), immers heeft hij, verdachte toen en aldaar zich niet (op eerste vordering) verwijderd van het Museumplein en/of de omgeving van het Museumplein, te weten onder andere het Museumplein nadat dit was gevorderd door de politie, terwijl voornoemde opdracht inhield dat hij, verdachte, zich moest verwijderen van het Museumplein en/of haar omgeving.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zal het hof deze verbeterd lezen. De verdachte wordt daardoor niet in de verdediging geschaad.

Vonnis waarvan beroep

Het vonnis waarvan beroep zal worden vernietigd, reeds omdat daarvan slechts aantekening is gedaan ingevolge artikel 378a van het Wetboek van Strafvordering.

Vordering van het openbaar ministerie

De advocaat-generaal heeft gevorderd dat de verdachte zal worden veroordeeld tot dezelfde straf als door de politierechter opgelegd.

Vrijspraak

Naar het oordeel van het hof is niet wettig en overtuigend bewezen hetgeen de verdachte is tenlastegelegd, zodat de verdachte hiervan moet worden vrijgesproken. Dat oordeel berust op het volgende.
De verdachte is op 28 februari 2021, net als enkele honderden andere mensen, naar het Museumplein te Amsterdam getogen om daar (in een periode waarin ingrijpende maatregelen ter beteugeling van het Covid-19-virus van kracht waren) een ‘kopje koffie’ te komen drinken. Nadat die samenkomst door de lokale autoriteiten als demonstratie was betiteld en ontbonden, is door de burgemeester van Amsterdam een noodbevel uitgevaardigd. Vervolgens heeft [verbalisant], compagniescommandant van de mobiele eenheid van de politie, enige tijd voor de aanhouding van de verdachte, gevorderd dat alle aanwezigen zich van het Museumplein zouden verwijderen in de richting van het Concertgebouw. Op basis van de inhoud van het dossier en het verhandelde ter terechtzitting in hoger beroep stelt het hof vast dat de verdachte daarmee doende is geweest. Daarnaast verkeerde hij, blijkens de verklaring die hij ter terechtzitting in hoger beroep heeft afgelegd, in de overtuiging aan voornoemde vordering te hebben voldaan door zich te hebben verplaatst naar en op te houden aan de Van Baerlestraat. Bij die stand van zaken kan niet met een voor een bewezenverklaring vereiste mate van zekerheid worden vastgesteld dat de verdachte (al dan niet in voorwaardelijke vorm) het opzet heeft gehad om niet te voldoen aan het bevel van de Burgemeester van Amsterdam als tenlastegelegd. Hetgeen de advocaat-generaal in dit verband heeft aangevoerd leidt niet tot een andere uitkomst.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Vernietigt de eerder uitgevaardigde strafbeschikking d.d. 10 maart 2021 onder CJIB nummer [nummer].
Verklaart niet bewezen dat de verdachte het tenlastegelegde heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. D. Abels, mr. J.J.I. de Jong en mr. V.M.A. Sinnige, in tegenwoordigheid van
mr. R.J. den Arend, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van
5 juli 2022.
De voorzitter is buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.
=========================================================================
[…]