ECLI:NL:GHAMS:2022:1925

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
3 juni 2022
Publicatiedatum
1 juli 2022
Zaaknummer
200.278.849/01 OK
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Ondernemingsrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verhoging van het onderzoeksbudget in enquêterechtelijke procedure

In deze beschikking van de Ondernemingskamer van het Gerechtshof Amsterdam, gedateerd 3 juni 2022, wordt het verzoek behandeld van de onderzoeker om het budget voor een eerder bevolen onderzoek te verhogen. Het onderzoek betreft de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid DU SOLEIL CONSULTANCY B.V. (verzoekster) en de vennootschappen [A] en [B] (verweerders en belanghebbenden). De Ondernemingskamer heeft in eerdere beschikkingen, daterend van 29 oktober 2020 tot en met 28 maart 2022, al verschillende besluiten genomen over het onderzoek en de kosten daarvan. De onderzoeker heeft in een e-mail van 31 mei 2022 verzocht om het onderzoeksbudget te verhogen tot € 110.000, exclusief btw, omdat de werkzaamheden omvangrijker zijn gebleken dan aanvankelijk begroot. Zowel de advocaten van de betrokken partijen hebben aangegeven geen bezwaar te hebben tegen deze verhoging.

De Ondernemingskamer heeft, na beoordeling van de toelichting van de onderzoeker en het ontbreken van bezwaar van de partijen, besloten het verzoek tot verhoging van het onderzoeksbudget toe te wijzen. De kosten van het onderzoek komen ten laste van de vennootschap [A], die ook verplicht is om aanvullende zekerheid te stellen voor de betaling van het verhoogde bedrag. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de beslissing onmiddellijk effect heeft, ongeacht eventuele rechtsmiddelen die tegen deze beschikking kunnen worden aangewend. De beschikking is openbaar uitgesproken en ondertekend door de rechters en de griffier.

Uitspraak

beschikking
___________________________________________________________________
GERECHTSHOF AMSTERDAM
ONDERNEMINGSKAMER
zaaknummer: 200.278.849/01 OK
beschikking van de Ondernemingskamer van 3 juni 2022
inzake
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
DU SOLEIL CONSULTANCY B.V.,
gevestigd te Vinkeveen,
VERZOEKSTER,
advocaat:
mr. J.A. Endtz, kantoorhoudende te Amsterdam,
t e g e n
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[A],
gevestigd te [....] ,
VERWEERSTER,
advocaat:
mr. M.J.W. van Ingen, kantoorhoudende te Den Bosch,
e n t e g e n
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[B],
gevestigd te [....] ,
BELANGHEBBENDE,
advocaat:
mr. M.J.W. van Ingen, kantoorhoudende te Den Bosch.
Verweerster wordt hierna aangeduid met VMV.

1.Het verloop van het geding

1.1
Voor het verloop van het geding verwijst de Ondernemingskamer naar haar beschikkingen van 29 oktober 2020, 6 november 2020, 18 december 2020, 25 februari 2021, 15 april 2021 en 28 maart 2022 in deze zaak.
1.2
Bij de beschikking van 29 oktober 2020 heeft de Ondernemingskamer een onderzoek bevolen naar het beleid en de gang van zaken van VMV over de periode vanaf 1 oktober 2016, dat zich met name richt op hetgeen onder 3.6 tot en met 3.11 van die beschikking is overwogen, en een nader door de Ondernemingskamer aan te wijzen en aan partijen bekend te maken persoon benoemd teneinde het onderzoek te verrichten. Bij de beschikking van 6 november 2020 heeft de Ondernemingskamer drs. P.J. Schimmel RA CFE te Hilversum (hierna: Schimmel) benoemd teneinde het onderzoek te verrichten.
1.3
Bij de beschikking van 18 december 2020 heeft de Ondernemingskamer het bedrag dat het onderzoek ten hoogste mag kosten vastgesteld op € 40.000, de verschuldigde omzetbelasting daarin niet begrepen.
1.4
Bij de beschikking van 25 februari 2021 heeft de Ondernemingskamer Schimmel ontheven uit de functie van onderzoeker, de vergoeding van de door Schimmel tot dan verrichte werkzaamheden en gemaakte kosten in verband met het onderzoek bepaald op € 9.987,25, de daarover verschuldigde omzetbelasting daarin niet begrepen, en mr. R. Mulder te Haarlem (hierna: de onderzoeker) aangewezen als (opvolgend) onderzoeker.
1.5
Bij de beschikking van 15 april 2021 heeft de Ondernemingskamer het bedrag dat het onderzoek ten hoogste mag kosten, rekening houdend met de bij de beschikking van 25 februari 2021 bepaalde vergoeding van Schimmel, verhoogd tot € 31.650, de omzetbelasting daarin niet begrepen, en bepaald dat de kosten van het onderzoek ten laste komen van VMV.
1.6
Bij de beschikking van 28 maart 2022 heeft de Ondernemingskamer het bedrag dat het onderzoek ten hoogste mag kosten verhoogd tot € 85.000, de omzetbelasting daarin niet begrepen, en bepaald dat de kosten van het onderzoek ten laste komen van VMV.
1.7
De onderzoeker heeft bij e-mail van 31 mei 2022 de Ondernemingskamer verzocht het onderzoeksbudget te verhogen tot € 110.000 exclusief btw. Ter toelichting heeft hij gemeld dat aan het onderzoek opnieuw veel meer tijd is besteed dan was begroot. Het verwerken van de uitvoerige reacties van partijen op het eerste conceptonderzoeksverslag, het uitvoeren van aanvullend onderzoek en het verwerken van de reacties van partijen op het tweede conceptonderzoeksverslag zijn omvangrijker geweest dan voorzien. Van het verhogingsverzoek maakt een specificatie van de door de onderzoeker en twee kantoorgenoten aan het onderzoek bestede uren deel uit. Uit die specificatie komt een hoger bedrag dan het door de onderzoeker verzochte verhoogde onderzoeksbudget naar voren. Hij verwacht dat niet veel extra uren meer aan het onderzoek zullen moeten worden besteed. De onderzoeker heeft meegedeeld voornemens te zijn om niet alle uren door te belasten, maar om de Ondernemingskamer – voor de laatste keer – te verzoeken het budget te verhogen en te beperken tot € 110.000, exclusief btw.
1.8
Mr. Van Ingen en mr. Endtz hebben namens hun cliënten bij hun afzonderlijke e-mailberichten van 31 mei en 1 juni 2022 aan de Ondernemingskamer gemeld geen bezwaar te hebben tegen de door de onderzoeker verzochte verhoging van zijn onderzoeksbudget.

2.De gronden van de beslissing

Nu de onderzoeker voldoende heeft toegelicht welke werkzaamheden in verband met het onderzoek dienden – en nog dienen – te worden verricht bovenop de eerder begrote werkzaamheden en welke kosten daarmee zijn gemoeid, partijen te kennen hebben gegeven geen bezwaar te hebben tegen de verzochte verhoging van het onderzoeksbudget en het verzoek de Ondernemingskamer niet onredelijk voorkomt, zal de Ondernemingskamer het kostenverhogingsverzoek toewijzen.

3.De beslissing

De Ondernemingskamer:
verhoogt het bedrag dat het bij de beschikking van 29 oktober 2020 bevolen onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van [A] ten hoogste mag kosten tot € 110.000, de omzetbelasting daarin niet begrepen;
bepaalt dat de kosten van het onderzoek ten laste komen van [A] en dat zij ten behoeve van de onderzoeker op zijn verzoek en op de door hem te bepalen wijze (aanvullende) zekerheid dient te stellen voor de betaling van (de verhoging van) dit bedrag;
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven door mr. A.W.H. Vink, voorzitter, mr. A.J. Wolfs en mr. J.M. de Jongh, raadsheren, en prof. dr. mr. F. van der Wel RA en drs. J.S.T. Tiemstra RA, raden, in tegenwoordigheid van mr. F.L.A. Straathof, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 3 juni 2022.