Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.Het geding in hoger beroep
- uitvoerbaar bij voorraad - veroordeling van Tuinwijk Noord in de kosten van – begrijpt het hof – het hoger beroep, inclusief de nakosten en met rente.
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van de woningbouwvereniging Tuinwijk Noord tegen een vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Noord-Holland. De zaak betreft de vordering van de huurders, [geïntimeerde 1] c.s., tot machtiging voor het aanbrengen van een glazen voorwand aan een overkapping aan de achterzijde van hun gehuurde woning. De kantonrechter had eerder geoordeeld dat de huurders niet ontvankelijk waren in hun vordering, omdat de huurovereenkomst voor 1 augustus 2003 was gesloten en artikel 7:215 BW, dat veranderingen aan de buitenzijde van gehuurde woningen regelt, niet van toepassing was. Het hof bevestigt deze beslissing en oordeelt dat de huurders niet ontvankelijk zijn in hun vordering, omdat de relevante wetgeving niet van toepassing is op hun situatie. Het hof vernietigt het vonnis van de kantonrechter en verklaart de huurders niet-ontvankelijk in hun vordering, waarbij zij ook worden veroordeeld in de proceskosten van beide instanties.