Uitspraak
Onderzoek van de zaak
Tenlastelegging
hij op of omstreeks 27 maart 2017, te Enkhuizen, in elk geval in Nederland , in een water gelegen aan en/of langs de Haling, zijnde een water als bedoeld in artikel 1, vierde lid, onderdeel d Visserijwet 1963, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, in elk geval alleen, al dan niet opzettelijk, heeft gevist (niet betreffende het uitzetten van vis), terwijl een ander (te weten, [naam 1] en/of de Noord-Hollandse bond van beroepsbinnenvissers en/of [stichting 1] en/of de [stichting 2]) rechthebbende was op het visrecht van dat water;
[naam 2], op of omstreeks 27 maart 2017, te Enkhuizen, in elk geval in Nederland, in een water gelegen aan en/of langs de Haling, zijnde een water als bedoeld in artikel 1, vierde lid, onderdeel d Visserijwet 1963, al dan niet opzettelijk, heeft gevist (niet betreffende het uitzetten van vis), terwijl een ander (te weten, [naam 1] en/of de Noord-Hollandse bond van beroepsbinnenvissers en/of [stichting 1] en/of de [stichting 2]) rechthebbende was op het visrecht van dat water, bij het plegen van welk misdrijf hij, verdachte, toen aldaar opzettelijk medeplichtig is geweest door als chauffeur een auto naar de plek(ken) waar die [naam 2] heeft gevist te rijden en/of met die auto die [naam 2] naar die plekken te brengen en/of een of meer fuiken voor die [naam 2] te vervoeren;