20.3Wanneer partijen (…) niet tot overeenstemming zijn gekomen over de nieuwe huurprijs, vragen zij daaromtrent advies aan drie deskundigen. Elk der partijen benoemt een deskundige. De beide deskundigen tezamen benoemen de derde deskundige. Bij het opstellen van het advies omtrent de nieuwe huurprijs hanteren de drie deskundigen dezelfde criteria als die de rechter daarbij moet hanteren. Het oordeel van de derde deskundige is beslissend als er tussen de deskundigen geen overeenstemming wordt bereikt over de vast te stellen huurprijs. (…)”
h. Bij e-mail van 8 mei 2017 heeft [geïntimeerde] [appellant] geschreven dat hij graag gebruik wil maken van de mogelijkheid om de huurprijs aan te passen en dit in goed overleg wil laten doen, van zijn zijde vertegenwoordigd door de [A] (hierna: [A] ) van [A] Vastgoed.
i. Bij brief van 14 juni 2017 heeft de gemachtigde van [appellant] [geïntimeerde] bericht dat hij formeel gezien inderdaad de mogelijkheid heeft om huuraanpassing te verzoeken maar heeft hij hem verzocht om daarvan, gelet op de eerdere langdurende procedures en onderhandelingen, af te zien.
j. Bij brief van 7 juli 2017 heeft [A] als de gemachtigde van [appellant] onder meer geschreven dat de [plaats C] hotelverhuurmarkt totaal veranderd is en dat [geïntimeerde] van mening is dat de huurprijs op zijn minst verdubbeld moet worden.
k. Bij e-mail van 24 oktober 2017 heeft de gemachtigde van [appellant] [A] geschreven dat niet wordt ingestemd met het voorstel tot verdubbeling van de huurprijs en dat, als partijen er niet uitkomen, er een deskundige moet komen die op basis van artikel 7:303 en 7:304 BW advies uitbrengt over de huurprijs in relatie tot die van vergelijkbare bedrijfsruimte over de periode 2013-2017.
l. Bij e-mail van 5 november 2017 heeft [A] de gemachtigde van [appellant] geschreven dat het voorstel van [geïntimeerde] redelijk is en dat partijen op basis van huurprijzen in de periode 2013-2017 over andere huurprijzen komen te spreken.
m. Bij e-mail van 2 december 2017 heeft de gemachtigde van [appellant] [A] geschreven dat niet wordt ingestemd met zijn voorstel tot verdubbeling van de huurprijs en dat hij voorstelt dat partijen ex artikel 7:304 BW de heer P. Homan (hierna: Homan) van Amstelstede Makelaars als deskundige benoemen.
n. Bij e-mail van diezelfde dag heeft [A] namens [geïntimeerde] als deskundige voorgesteld de heer B.M. Driessen (hierna: Driessen) van Invast Hotels.
o. In februari 2018 en mei 2018 hebben er besprekingen plaatsgevonden tussen de deskundigen maar zij zijn het niet eens geworden over een huurprijsverhoging.
p. Partijen hebben vervolgens medio 2018 gezamenlijk besloten om een derde deskundige te laten benoemen door Homan en Driessen en de kosten daarvan gelijkelijk te delen.
q. Half september 2018 hebben partijen de heer B.M. Bakker (hierna: Bakker) van KroesePaternotte als derde deskundige aangewezen.
r. Op 5 oktober 2018 heeft er een gezamenlijke inspectie van de bedrijfsruimte plaatsgevonden. Daarbij waren alle deskundigen en een collega van Bakker aanwezig.
s. Op 25 maart 2019 is een concept deskundigenrapport uitgebracht. Daarin zijn als deskundigen genoemd Bakker, Driessen en Homan en is als opdracht geformuleerd het gezamenlijk met Driessen en Homan uitbrengen van een advies over de huurprijs van de bedrijfsruimte op jaarbasis conform artikel 7:303 BW. Als waardepeildatum is 1 oktober 2018 gehanteerd en wat betreft het gehuurde is uitgegaan van een casco hotel met ontbijtfaciliteit in postcodegebied [postcode] . In het rapport is als huurreferentieperiode 1 oktober 2013 tot en met 30 september 2018 vermeld en er staat verder dat de vergelijkingspanden op 22 januari 2019 in onderling overleg tussen de deskundigen zijn aangewezen. Het gaat daarbij om de volgende hotels: 1. Hotel [B] , [B-straat] 8 (voor en na huurprijsherziening); 2. Hotel [C] , [B-straat] 32; 3. Hotel [D] , [B-straat] 40-41; 4. [E] , [B-straat] 58-59; 5. Hotel [F] , [C-straat] 25; 6. Hotel [G] , [A-straat] 18; 7. Hotel [H] , [D-straat] 144. Per vergelijkingsobject zijn vervolgens de kenmerken en de toegepaste correcties beschreven. Vervolgens is via een berekening van een gemiddelde huurprijs per waardepeildatum van € 6.620,69 per hotelkamer per jaar vermenigvuldigd met 16 (het aantal hotelkamers van het gehuurde) een jaarlijkse huurprijs van € 105.931,00 geadviseerd.
t. Bij e-mail van 28 maart 2019 heeft Driessen Bakker bericht dat het rapport goed is qua opzet en uitvoering en dat dit voor [geïntimeerde] akkoord is als het van de kant van Homan ook wordt onderschreven.
u. Bij brief van 11 april 2019 met een rekenblad als bijlage heeft Homan namens [appellant] commentaar geleverd op het conceptrapport. Hij heeft onder meer het volgende geschreven: “Ik heb geen opmerkingen over de gekozen referenties, er van uitgaand dat deze adequaat gewogen worden. (…) Mijn vraag is in hoeverre de gehanteerde huurprijzen vergelijkbaar zijn. Het gaat in deze niet om de absolute getallen maar meer om de opbouw van de bedragen. Hotel [X] is door de huidige huurder in het verleden als casco aangehuurd en door de huidige huurder en uitbater als hotel ingericht. Dit is mede een verklaring voor het huidige huurniveau. (…) Hotel [X] is eigenlijk meer een Hostel in plaats van een Hotel. Dit maakt allemaal niet veel uit als er sprake is van het vergelijken van kale huren (casco) maar wel als er kennelijk sprake is van (onder meer) niet-casco situaties.”
v. Op 27 mei 2019 heeft Bakker het definitieve rapport uitgebracht. Daarin is op basis van dezelfde vergelijkingspanden maar met een aantal correcties een huurprijs geadviseerd van (€ 6.098,68 gemiddelde huurprijs per hotelkamer per jaar x 16 hotelkamers =) € 97.579,00 per jaar. In het rapport zijn de reacties van Driessen en Homan op het conceptrapport opgenomen en is puntsgewijs op de opmerkingen van Homan gereageerd. Homan heeft het definitieve rapport niet mede ondertekend.