ECLI:NL:GHAMS:2022:1224

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
7 april 2022
Publicatiedatum
21 april 2022
Zaaknummer
23-002771-21
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van de verdachte in hoger beroep wegens ontbreken van grieven

In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 7 april 2022 uitspraak gedaan in het hoger beroep van de verdachte, die in eerste aanleg door de politierechter in de rechtbank Amsterdam was veroordeeld. De verdachte, geboren in 1982 en thans gedetineerd in P.I. Lelystad, had hoger beroep ingesteld tegen het vonnis van 22 juni 2021, maar heeft geen grieven ingediend. Tijdens de zitting op 7 april 2022 heeft het hof kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal, die verzocht om de verdachte niet-ontvankelijk te verklaren in het hoger beroep. Het hof heeft vastgesteld dat er geen schriftelijke grieven zijn ingediend en dat er ook geen mondelinge bezwaren zijn geuit tegen het vonnis. Bovendien is er geen rechtens te respecteren belang gebleken dat zou rechtvaardigen dat de zaak verder werd onderzocht. Op basis van artikel 416, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering heeft het hof besloten de verdachte niet-ontvankelijk te verklaren in het hoger beroep. De beslissing is genomen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarbij de rechters D. Abels, H.M.J. Quaedvlieg en H.A. van Eijk aanwezig waren, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-002771-21
datum uitspraak: 7 april 2022
TEGENSPRAAK (na aanhouding niet verschenen)
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam van 22 juni 2021 in de strafzaak onder parketnummer
13-261639-19 tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1982,
adres: [adres],
thans uit anderen hoofde gedetineerd in P.I. Lelystad te Lelystad.

Onderzoek ter terechtzitting

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van
7 april 2022.
De verdachte heeft hoger beroep ingesteld tegen voormeld vonnis.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal, strekkende tot niet-ontvankelijk verklaring van de verdachte in het hoger beroep.

Ontvankelijkheid van de verdachte in het hoger beroep

Door of namens de verdachte is geen schriftuur houdende grieven ingediend. Evenmin zijn mondeling bezwaren tegen het vonnis opgegeven. Ook overigens is niet gebleken van enig rechtens te respecteren belang dat is gediend met enig onderzoek van de zaak. Om die reden wordt de verdachte
niet-ontvankelijk verklaard in het ingestelde hoger beroep, gelet op het bepaalde in artikel 416, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering.

BESLISSING

Het hof:
Verklaart de verdachte niet-ontvankelijk in het hoger beroep.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. D. Abels, mr. H.M.J. Quaedvlieg en mr. H.A. van Eijk, in tegenwoordigheid van
mr. C.H. Sillen, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van
7 april 2022.