ECLI:NL:GHAMS:2022:120
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Bevestiging van vonnis in hoger beroep inzake belaging, bedreiging en belediging van slachtoffers met aanpassing van kwalificatie en strafmotivering
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 18 januari 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam, dat op 17 mei 2021 was gewezen. De verdachte, geboren in 1979, was in eerste aanleg veroordeeld voor belaging, bedreiging en belediging van twee slachtoffers. Het hof heeft het vonnis van de politierechter bevestigd, met uitzondering van de kwalificatie en de strafmotivering, die zijn vernietigd. De zaak betreft een eendaadse samenloop van belaging en bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht, meermalen gepleegd, en bedreiging en belediging van de slachtoffers, die negatieve gevolgen voor hun privéleven hebben ondervonden.
De politierechter had de verdachte een voorwaardelijke gevangenisstraf van drie maanden opgelegd, met een proeftijd van twee jaar, en een contactverbod met de slachtoffers voor de duur van twee jaar. De advocaat-generaal had een langere proeftijd gevorderd, maar het hof oordeelde dat de opgelegde straf passend was. De verdachte had zich gedurende een lange periode schuldig gemaakt aan belaging en bedreiging van haar ex-partner, en had ook andere slachtoffers bedreigd en beledigd. Het hof vond het verontrustend dat de verdachte de ernst van haar daden niet inzag en dat zij zich als slachtoffer presenteerde.
Het hof heeft de noodzaak van een vrijheidsbeperkende maatregel bevestigd, gezien de mogelijkheid dat de verdachte opnieuw strafbare feiten zou plegen. De op te leggen straf en maatregel zijn gegrond op verschillende artikelen van het Wetboek van Strafrecht. Het hof heeft de beslissing genomen om het vonnis te vernietigen ten aanzien van de kwalificatie en strafmotivering, maar het vonnis voor het overige te bevestigen.