Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.Het verloop van het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
3.De feiten
OVERWEGENDE:
4.De omvang van het geschil
5.De motivering van de beslissing
U ontvangt op dit moment een WIA-uitkering. Daarnaast werkt u. Uw inkomsten verrekenen wij met uw uitkering.
U krijgt een loongerelateerde WGA-uitkering tot en met 22 november 2020. Vanaf 23 november 2020 komt u in aanmerking voor een WGA-loonaanvullingsuitkering. Uw uitkering is zonder vakantiegeld € 2.316,18 bruto per maand.”
[de man] heeft vanaf 2020 diverse geldbedragen geleend, inmiddels is dit bedrag al opgelopen tot € 8200,00. We hebben afgesproken dat hij steeds wat mag terugbetalen, maar [de man] zit in “zwaar weer”, dit jaar heeft hij nog niets in kunnen lossen’. Uit de beslissing op een verzoek om uitstel van betaling voor de aanslag IB 2019 van het Landelijk Incasso Centrum van 15 mei 2020 blijkt dat het openstaande bedrag € 5.296,- bedraagt en dat aan het verleende uitstel van betaling de voorwaarde is verbonden dat de man € 442,- per maand betaalt (van 30 juni 2020 tot 30 mei 2021). De man heeft nagelaten stukken te overleggen ter zake de aflossing van deze schuld en van de schuld aan zijn advocaat en mevrouw [X] .