ECLI:NL:GHAMS:2021:618
Gerechtshof Amsterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep bijstandsverhaal en verhaalsbijdrage in het kader van alimentatie
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van de man tegen een beschikking van de rechtbank Amsterdam, waarin is bepaald dat hij als onderhoudsplichtige een verhaalsbijdrage van € 712,- per maand aan de Gemeente Amsterdam moet betalen. De man is op 20 juli 2020 in hoger beroep gekomen van de beschikking van 6 mei 2020. De gemeente heeft op 9 oktober 2020 een verweerschrift ingediend. De zaak is op 15 januari 2021 ter terechtzitting behandeld, waarbij de man werd bijgestaan door zijn advocaat, mr. M.J. van Rooij, en de gemeente werd vertegenwoordigd door B. Heidbuurt en mr. E.W. van Hooijdonk.
De man en zijn vrouw, die in 2019 zijn gehuwd, zijn de ouders van drie minderjarige kinderen. De vrouw ontvangt een uitkering op grond van de Participatiewet, en de gemeente heeft de man verzocht om informatie over zijn inkomsten en uitgaven om te bepalen of hij een verhaalsbijdrage moet betalen. De gemeente heeft deze verhaalsbijdrage vastgesteld op € 712,- per maand, wat de man betwist. Hij verzoekt de verhaalsbijdrage te verlagen naar € 265,- per maand tot 1 mei 2020 en daarna op nihil te bepalen.
Het hof oordeelt dat de verhaalsbijdrage met ingang van 1 mei 2020 op nihil moet worden vastgesteld, maar dat de man over de periode van 1 december 2019 tot 1 mei 2020 een verhaalsbijdrage moet voldoen. Het hof komt tot de conclusie dat de man in staat is om een verhaalsbijdrage van € 282,- per maand te betalen, rekening houdend met zijn netto besteedbaar inkomen en de zorgkorting voor de kinderen. Uiteindelijk oordeelt het hof dat de man nog een bedrag van € 83,- aan de gemeente verschuldigd is over de periode van 1 december 2019 tot 1 mei 2020, en vernietigt de eerdere beschikking van de rechtbank.