Uitspraak
Onderzoek van de zaak
Tenlastelegging
Vonnis waarvan beroep
Bewijsoverwegingen
NN: 75 cash
praten.
roségoud was vervaardigd, maakt het voorgaande niet anders: rosé goud is ook goud. Anders dan de raadsman beschouwt het hof de passage, waarin [medeverdachte 4] op de vraag van [medeverdachte 2] “Had hij die Patek om” heeft geantwoord: “Ja. Hij heeft ruina [het hof: straattaal voor ‘chaos’], Patek met diamantjes, ruina. Weet je wat de vermogen van die man is?” niet als ontlastend. Aannemelijk is dat [medeverdachte 4] – die kennelijk in contact stond met iemand die werkzaam is in het [hotel] en hem het een en ander over [slachtoffer] heeft verteld – hier duidelijk maakt dat [slachtoffer] een vermogend man is die naast de ontvreemde Patek nog een of meer andere uurwerken (van dat merk) in bezit heeft. Immers, [medeverdachte 4] zegt ook: “Is niks wat ze van hem [hebben] gepakt”. Het door de raadsman voor het voetlicht gebrachte verschil tussen de voornaam van de verdachte – [verdachte] – en de ‘ [verdachte] ’ waarover (fonetisch) in het gesprek van 6 februari 2019 wordt gesproken, komt het hof – gelet op de bijna identieke uitspraak van beide namen – als gezocht voor, terwijl in het gesprek van 8 februari 2019 – anders dan de raadsman veronderstelt – letterlijk over een ‘ [verdachte] ’ wordt gesproken. Dat, zoals is aangevoerd, de gespreksdeelnemers meer dan één persoon met de voornaam [verdachte] kennen, is niet onaannemelijk, maar dat laat onverlet dat uit genoemd gesprek van 11 februari 2019 volgt dat [medeverdachte 2] en [medeverdachte 3] in ieder geval de verdachte [verdachte] kennen. Uit de omstandigheid dat [medeverdachte 4] op de terechtzitting in hoger beroep in aanwezigheid van de verdachte heeft medegedeeld dat hij ‘behalve de advocaat-generaal niemand kent’ kan, anders dan de raadsman meent, niet op overtuigende wijze worden afgeleid dat [medeverdachte 4] de verdachte niet kent.
- de kenmerken van die Renault en van de stationwagen die op de beelden te zien is op in het oog springende punten overeenkomen;
- de Renault zeer kort na de uitzending van AT5 op naam van een derde is gezet;
- de verdachte indringende belangstelling heeft getoond voor de leden van het opsporingsteam die onderzoek naar de Renault deden.
Of de Renault van de vader van de verdachte al dan niet een fabrieksuitvoering betrof, acht het hof daarbij niet relevant. Het gaat immers om de al dan niet overeenstemmende details. Dat op de beelden het kenteken en het merkteken van de stationwagen niet te zien zijn, is voor de opsporing spijtig, maar is niet ontlastend. De verklaring van de vader van de verdachte, dat zijn gezinsleden van de Peugeot geen gebruik maken, is niet waarheidsgetrouw, reeds omdat de verdachte daarin tot twee keer toe is bekeurd. Anders dan de raadsman heeft geopperd, is er in het licht van hetgeen is vastgesteld geen enkele reden om te denken dat een ander dan de verdachte – zoals zijn broertje – op 6 februari 2019 de Renault heeft bestuurd. In elk geval zijn daarvoor geen concrete aanknopingspunten.
Het is een algemene ervaringsregel dat de bezitter van een mobiele telefoon deze buitenhuis bij zich pleegt te dragen. Er is, anders dan de raadsman heeft gesuggereerd, geen reden om aan te nemen dat die ervaringsregel op 6 februari 2019 niet opging voor de verdachte, te minder omdat hij bij de politie over zijn telefoon geen enkele vraag heeft beantwoord. Dat met behulp van de telefoon van de verdachte geen zendmast is aangestraald in de directe omgeving van de plaats delict, maakt niet dat aan de peilgegevens geen zeggingskracht toekomt. Daaruit kan immers in ieder geval worden afgeleid dat de verdachte en [medeverdachte 1] die dag om 16.03 uur en even voor 18.00 uur in elkaars (directe) nabijheid hebben verkeerd. Dat, zoals terecht is aangevoerd, geen contact [het hof begrijpt: telefooncontact] tussen de verdachte en diens medeverdachte is vastgesteld, past daar goed bij: als je in elkaars directe nabijheid verkeert is er veelal geen noodzaak via de telefoon met elkaar te communiceren. Uit het voorgaande volgt voorts dat de stelling van de raadsman, dat er onvoldoende steunbewijs voorhanden is om de interpretatie aan de opgenomen gesprekken aan te toetsen, mank gaat.
Tot slot is het hof met de advocaat-generaal en anders dan de raadsman van oordeel dat de verdachte bij de beroving nauw en bewust heeft samengewerkt met zijn mededaders en dat zijn bijdrage daaraan een wezenlijke is geweest, zodat hij als medepleger moet worden aangemerkt. Uit de omstandigheid dat het moment, waarop de verdachte de stationwagen voor het hotel midden op de weg tot stilstand bracht, precies samenviel met het moment dat zijn twee kompanen de weg oprenden en mitsdien onmiddellijk konden instappen, leidt het hof af dat is gehandeld overeenkomstig een tevoren gesmeed plan. Doordat de verdachte op het juiste moment met de vluchtauto klaarstond, konden de twee mannen die [slachtoffer] feitelijk hebben beroofd, ontkomen en kon de buit worden veiliggesteld. Verder neemt het hof in aanmerking dat dat de verdachte kennelijk degene is geweest is die de stationwagen voor de beroving ter beschikking heeft gesteld (en heeft bestuurd) en dat de verwachte opbrengst gelijkelijk tussen hem en zijn mededaders zou worden verdeeld.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
18 (achttien) maanden.
6 (zes) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
teruggaveaan de verdachte van de in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten:
BIJLAGE
Bewijsmiddelen
Een proces-verbaal van aangifte van 7 februari 2019, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaren [verbalisant 1] en [verbalisant 2](ZD dossierpagina’s 1 tot en met 3).
verklaring van [slachtoffer](geboren op [geboortedag 2] 1946 te [geboorteplaats 2] en van Nederlandse nationaliteit):
Een proces-verbaal van bevindingen van 7 februari 2019, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaren [verbalisant 2] en [verbalisant 1](ZD dossierpagina 8).
mededelingen van de verbalisanten (of één van hen):
Een proces-verbaal van bevindingen van 6 februari 2019, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaren [verbalisant 3] en [verbalisant 4](ZD dossierpagina’s 17 en 18).
mededelingen van de verbalisanten (of één van hen):
Een proces-verbaal van bevindingen ‘Beelden [hotel] 6 februari 2019’ van 26 maart 2019, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 5](ZD dossierpagina’s 26 tot en met 36).
mededelingen van de verbalisant:
Een proces-verbaal van relaas ‘OVC-gesprekken in VW-Polo [kenteken 3] ’ met documentcode 11546395 van 22 juli 2019, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaren [verbalisant 6] en [verbalisant 7](OVC-dossier, niet doorgenummerd).
Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als
mededelingen van de verbalisanten (of één van hen):
Rolie Horlogemerk Rolex
We gaan hem geven Intentie om een strafbaar feit te plegen zoals
bijvoorbeeld straatroof
Osso Huis
Doezoe Duizend
Chawa/Chowwa Vijfentwintig
Sjans Geld
Leipe Goede of gek
Een proces-verbaal ‘aanvraag bevel opnemen van vertrouwelijke communicatie met een technisch hulpmiddel’ met documentcode 10787743 van 5 februari 2019, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 8](op niet doorgenummerde pagina’s opgenomen in BOB-dossier).
mededelingen van de verbalisant:
Een proces-verbaal van bevindingen ‘OVC gesprekken [hotel] ’ van 31 mei 2019, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 9](ZD dossierpagina’s 44 tot en met 48).
mededelingen van de verbalisant:
Sessienummer: 2
NN: 75 cash
Een proces-verbaal van bevindingen ‘OVC gesprekken 8 februari 2019’ van 3 mei 2019, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 10](OVC-dossier pagina’s 17 tot en met 34).
Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als
mededelingen van de verbalisant:
.
Een proces-verbaal van bevindingen van 5 juli 2019, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 8](ZD pagina’s 50 tot en met 54).
Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als
mededelingen van de verbalisant:
[medeverdachte 1] [geboortedag 6] -1996Er is onderzoek verricht in de politiesystemen, waaruit blijkt dat de verdachte [medeverdachte 2] slechts één broer heeft. Dit betreft [medeverdachte 1] geboren op [geboortedag 6] -1996 te [geboorteplaats 2] . Tevens is gebleken dat op 8 februari 2019 twee politieambtenaren naar de woning van [medeverdachte 2] , aan de [adres 3] , zijn gegaan omdat [medeverdachte 1] gesignaleerd staat.
Een proces-verbaal van bevindingen ‘Gesprekken in VW Polo d.d. 11-02-2019 (sessie 106 t/m 125)’ van 25 april 2019, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 7](OVC-dossier pagina’s 81 tot en met 103).
Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als
mededelingen van de verbalisant:
Voornamen : [medeverdachte 2]
Een proces-verbaal van bevindingen van 6 juli 2019, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 8](ZD pagina 49).
Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als
mededelingen van de verbalisant:
Een proces-verbaal van bevindingen ‘Gesprekken in VW Polo d.d. 18-02-2019 (sessies 282 t/m 300)’ van 24 juli 2019, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 7](OVC-dossier pagina’s 162 tot en met 199).
Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als
mededelingen van de verbalisant:
Een proces-verbaal van bevindingen ‘Gesprekken in VW-Polo [kenteken 3] d.d. 18-02-2019 (gesprekssessie 301)’ van 24 juli 2019, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 6](OVC-dossier pagina’s 213 tot en met 216).
Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als
mededelingen van de verbalisant:
Een proces-verbaal van bevindingen ‘OVC 19/2’ van 28 juni 2019, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 11](OVC-dossier pagina’s 248 tot en met 318).
Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als
mededelingen van de verbalisant:
Een proces-verbaal van bevindingen ‘Historische telecommunicatiegegevens [medeverdachte 1] en [verdachte] t.a.v. diefstal met geweld [hotel] 06-02-2019 17.30 uur’ van 26 juni 2019, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 8](ZD dossierpagina’s 55 tot en met 58).
Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als
mededelingen van de verbalisant:
De historische telecommunicatiegegevens van het telefoonnummer [telefoonnummer 1] zijn gevorderd over de periode van 04-12-2018 00.00 uur tot en met 04-06-2019 00.00 uur. Uit de verstrekte gegevens blijkt dat het telefoonnummer onder andere op de volgende momenten actief is geweest en gebruik heeft gemaakt van de genoemde basisstations:
- 06-02-2019 16:03.16 uur maakt gebruik van een basisstation gelegen aan de [adres 8]
te Amsterdam bij uitgaand dataverkeer;
(…)
[adres 7] bij uitgaand dataverkeer.
- 06-02-2019 17:03.27 uur maakt gebruik van een basisstation gelegen aan de [adres 6] bij uitgaand dataverkeer;
Een proces-verbaal van bevindingen van 6 juli 2019, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 12](ZD dossierpagina’s 63 en 64).
Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als
mededelingen van de verbalisant:
Een proces-verbaal van bevindingen ‘PV tapgesprekken’ van 6 juli 2019, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 9](ZD dossierpagina’s 65 en 66).
Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als
mededelingen van de verbalisant:
Een proces-verbaal van bevindingen ‘Tenaamstelling [kenteken 2] ’ van 6 juli 2019, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 13](ZD dossierpagina 68).
Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als
mededelingen van de verbalisant:
Een proces-verbaal van bevindingen van 4 maart 2019, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 14](ZD dossierpagina’s 70 en 71).
Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als
mededelingen van de verbalisant:
- staat op naam van [naam 7] , [geboortedag 7] -1961, wonende [adres 4].
- 31/10/2014: controle [verdachte] , [geboortedag 1] -1997, en [medeverdachte 1] , [geboortedag 6] -1996, die samen op
scooters reden over het Waterlandplein.
- 21/11/2014: [verdachte] , [geboortedag 1] -1997, en [medeverdachte 1] , [geboortedag 6] -1996, zijn samen met twee scooters
gezien op het Buikslotermeerplein.
Een proces-verbaal van bevindingen van 23 juli 2019, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 14](ZD pagina’s 74 en 75).
mededelingen van de verbalisant:
Een proces-verbaal van bevindingen van 26 juli 2019, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 13](PD [medeverdachte 1] pagina’s 46 en 47).
Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als
mededelingen van de verbalisant:
Een geschrift, zijnde een bijlage bij het als bewijsmiddel 21 opgenomen proces-verbaal van bevindingen(PD [medeverdachte 1] pagina’s 48 tot en met 58).
Een proces-verbaal van bevindingen van 26 juli 2019, in de wettelijke vorm opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar [verbalisant 13](PD [verdachte] pagina’s 48 en 49).
mededelingen van de verbalisant:
De eigen waarneming van het hof, gedaan ter terechtzitting in hoger beroep van 14 oktober 2021.
– gecorrigeerde tijd – op de [straat 3] een zwarte stationwagen te zien. Vanuit de richting van die auto komen twee mannelijke personen gelopen die langs een slagboom het parkeerterrein van het hotel oplopen en vervolgens in versnelde pas doorlopen. De zwarte stationwagen wordt ter plekke [het hof: kennelijk door een derde persoon] gekeerd, waarna het voertuig aan de andere kant van de weg kortstondig in een langs de rijbaan gelegen parkeerhaven wordt geparkeerd. Daarna rijdt de stationwagen rustig weg. Eén seconde later komen de twee genoemde mannelijke personen over het parkeerterrein van het [hotel] aangerend.