Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.Het geding in hoger beroep
2.Feiten
“Global Bouw en Beton BV huurt op uw werk [adres] betonstempels (…), steigerdelen en paltorens. Deze staan onder de vandaag (29-10-2018) gestorte betonvloer, echter deze kunnen nog niet verwijderd worden. RenBuMat zal deze dan ook laten staan en verrekenen met Global Bouw en Beton BV. (…) wij willen u er [op] wijzen dat deze eigendom zijn en blijven van RenBuMat. Een medewerker zal morgen het materiaal tellen en het aantal aan u doorgeven. (…)”
“(…) Zónder voorafgaande afspraak, kunt u de stempels niet ophalen c.q. zullen deze niet aan u worden meegegeven. Bovendien geldt dat u alsdan zult moeten bewijzen dat de betreffende stempels daadwerkelijk uw eigendom zijn. (…).
“Goede middag [B]Bij deze de lijsten van afvoer en de foto’s van de afvoer d.d.01-11-2018, die van gisteren d.d. 31-10-2018 heb je gisteren al ontvangen.Groetjes [A] ”
“Goede middag [B]Bij deze de lijst van de ondersteuning en een klein gedeelte beveiliging die jij in het bij zijn van dhr. [D] heb geteld d.d. 30-10-2018.Deze spullen zijn eigendom van Renbumat, en worden gehuurd door Global Beton en Bouw. Zodra deze spullen niet meer nodig zijn, word na een berichtje van u te mogen ontvangen, door hun (Renbumat) verwijderd en opgehaald. Zou je zo als is afgesproken met mij (…) deze getekend aan mij willen sturen. Zodra ik deze van je heb mogen ontvangen, kan ik de zaken afhandelen met mijn opdrachtgever Global Bouw en Beton.Met vriendelijke groet,[A] ”
3.3. Beoordeling
grief VIIte bespreken. Met deze grief komt Renbumat op tegen het oordeel van de rechtbank dat er geen contractuele grondslag is voor de vordering van Renbumat tot afgifte van de materialen. Deze grief slaagt. De rechtbank heeft ten onrechte alleen de e-mail wisseling tussen partijen van 29 oktober 2018 in haar oordeel betrokken, waarbij Trebbe aan haar bereidheid tot afgifte de voorwaarde verbond dat Renbumat zou aantonen dat zij eigenaar is van de materialen. Deze e-mail is echter gevolgd door een e-mail van [A] van 2 november 2018 aan [B] met een cc aan [C] . Renbumat stelt zich op het standpunt dat deze e-mail een bevestiging vormt van het feit dat tussen [A] , kennelijk ten behoeve van Renbumat, en [B] namens Trebbe een overeenkomst tot stand is gekomen, inhoudende dat de genoemde materialen, “(z)odra deze spullen niet meer nodig zijn”, door Renbumat opgehaald mochten worden.
grieven I tot en met VI,
VIII, IX en XIgeen bespreking meer. Het vonnis zal in zoverre worden vernietigd en de vordering van Renbumat tot afgifte van de materialen zal worden toegewezen, omdat de aantallen en specificatie van de gevorderde materialen onvoldoende zijn betwist door Trebbe bezien in het licht van de stelling van Renbumat dat die aantallen en specificatie zijn vastgelegd in de e-mail van 2 november 2018 van [A] .
deze (bij Trebbe achtergebleven) materialen had verhuurd, in het licht van het feit dat op 30 oktober 2018 en 1 november 2018 soortgelijke materialen (balken, stempels, paltorens, klembalusters etc) zijn afgevoerd.
4.Beslissing
a) Balken
55 stuks 5 meter lang
21 stuks 4 meter lang
89 stuks 2 meter lang
As 6 t/m As 5: 52 stuks
As 5 t/m As 4: 52 stuks
Openbare ruimte: 45 stuks
As 3 tot As 4: 53 stuks
As F t/m As D: 58 stuks
Openbare ruimte :79 stuks
Poten 108 stuks---Koppen 108 stuks
Jukken 75 cm: 379 stuks
Jukken 1 meter: 63 stuks
Schoren: 15 stuks
Steigerdelen onder de stempels: 32 stuks lang 5 meter
Steigerdelen, valbeveiliging: 8 stuks lang 5 meter