Op 16 december 2021 heeft het Gerechtshof Amsterdam uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Amsterdam, gewezen op 27 augustus 2021. De zaak betreft de verdachte die op 8 maart 2021 in Amsterdam is betrapt op het rijden zonder geldig rijbewijs, wat een overtreding is van artikel 107, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994. Het hof heeft het vonnis van de kantonrechter vernietigd en opnieuw recht gedaan. De verdachte is veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van twee weken, met een proeftijd van twee jaren, en daarnaast tot het verrichten van 40 uren taakstraf. Indien de taakstraf niet naar behoren wordt verricht, kan dit worden omgezet in 20 dagen hechtenis. Tevens is er een eerdere voorwaardelijke straf van de kantonrechter in Almere van 21 oktober 2019 in rekening gebracht, die kan worden omgezet in een hechtenis van één week indien de voorwaarden niet worden nageleefd. Het hof heeft de toepasselijke wettelijke voorschriften genoemd, waaronder artikelen van het Wetboek van Strafrecht en de Wegenverkeerswet 1994.