Uitspraak
Onderzoek van de zaak
Tenlastelegging
Vonnis waarvan beroep
Bewijsoverweging
weg te nemen. Op de zitting van 6 april 2021 is immers door de verdachte te kennen gegeven dat dit deel van zijn verklaring verkeerd is vertaald en de woorden ‘ophalen’ en ‘wegnemen’ in het Pools op gelijke wijze vertaald kunnen worden.
Bewezenverklaring
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straffen
first offendersworden opgelegd. De duur van de gevangenisstraf die de rechtbank heeft opgelegd is daarmee in verhouding. Naar het oordeel van het hof is deze straf – gelet op de omstandigheden van het geval – daarom in beginsel passend en geboden.
Beslag
Vordering benadeelde partijen
materiëleschade ziet op:
- b) fysiotherapie: een bedrag van € 450,00 euro toegewezen en de benadeelde partij is ten aanzien van het bedrag van € 72,00 ter zake van het opvragen van medische gegevens niet-ontvankelijk verklaard;
- c) eigen risico 2018 en 2019: ter zake het eigen risico van 2018 een bedrag van € 42,45 toegewezen en de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk verklaard;
- d) verlies arbeidsvermogen: de benadeelde partij – wegens gebrek aan onderbouwing – niet-ontvankelijk verklaard.
materiëleschade, verdeeld over de navolgende kostenposten:
immateriëleschade het verschil tussen de toegewezen € 5.000,00 en de gevorderde
immateriëleschade
- de aard en ernst van het letsel en de gevolgen daarvan voor de benadeelde partij,
- de aard en ernst van het handelen van de verdachte en zijn mededaders,
- de in de strafmotivering beschreven omstandigheden waaronder zich dit heeft afgespeeld en
- de schadevergoeding die in vergelijkbare gevallen door rechters is toegekend.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
40 (veertig) maanden.
10 (tien) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
onttrekking aan het verkeervan het in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerp, te weten:
€ 2.220,03 (tweeduizend tweehonderdtwintig euro en drie cent) ter zake van materiële schade, waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
€ 5.000,00 (vijfduizend euro) aan immateriële schadeaf.
€72,00 (tweeënzeventig euro).