ECLI:NL:GHAMS:2021:3788
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Tuchtklacht tegen notaris met betrekking tot negatieve bewaringspositie en onvolledige financiële administratie
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 14 december 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een notaris die door de kamer voor het notariaat in Arnhem-Leeuwarden was ontzet uit zijn ambt naar aanleiding van een tuchtklacht van het Bureau Financieel Toezicht (BFT). De notaris had zich schuldig gemaakt aan het niet tijdig melden van negatieve bewaringsposities en het onjuist berekenen van deze posities. Het BFT had eerder onderzoek gedaan naar de financiële administratie van de notaris, waarbij ernstige tekortkomingen waren geconstateerd. De notaris voerde in hoger beroep aan dat hij niet de zorgvuldigheid had betracht die van hem verwacht mocht worden, maar het hof oordeelde dat er geen omstandigheden waren die tot een afwijking van de strafmaat moesten leiden. De notaris had gelden van de kwaliteitsrekening gebruikt voor privébeleggingen, wat in strijd was met zijn wettelijke verplichtingen. Het hof bevestigde de ontzetting uit het ambt en legde de notaris kosten op voor de behandeling van de klacht. De beslissing van de kamer werd onherroepelijk, en de notaris werd veroordeeld tot betaling van de kosten van de behandeling van de klacht in zowel eerste aanleg als in hoger beroep.