Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.[verzoekster sub 1] ,
[verzoekster sub 2] ,
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 9 februari 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep over de benoeming van een vereffenaar in de nalatenschap van de erflaatster, die op 26 februari 2019 is overleden. De erflaatster had in haar testament haar dochters, waaronder verzoekster sub 1 en verzoekster sub 2, uitgesloten als erfgenamen, maar had hen wel legaten toegekend. De huidige vereffenaar, [verweerster], is door de erflaatster benoemd, maar verzoeksters hebben in hoger beroep gesteld dat zij tekortschiet in haar verplichtingen als vereffenaar en ongeschikt is om deze taak naar behoren uit te voeren. Het hof heeft vastgesteld dat [verweerster] niet tijdig en volledig heeft voldaan aan haar verplichtingen, zoals het opstellen van een boedelbeschrijving en het verstrekken van informatie aan de legitimarissen. Het hof heeft geoordeeld dat er gronden zijn om een onafhankelijke vereffenaar te benoemen, mr. [Z], en heeft de verzoeken van verzoekster sub 1 en verzoekster sub 2 toegewezen. Tevens is bepaald dat de benoeming van de nieuwe vereffenaar bekendgemaakt zal worden op rechtspraak.nl.