ECLI:NL:GHAMS:2021:325

• Datum uitspraak: 10 februari 2021
• Publicatiedatum: 11 februari 2021
• Zaaknummer: 200.287.498/01 OK
• Instantie: Gerechtshof Amsterdam
• Type: Uitspraak
• Rechtsgebied: Civiel recht; Ondernemingsrecht
• Procedures: Eerste aanleg - meervoudig
• Rechters: G.C. Makkink; C.C. Meijer; A.J. Wolfs; S. ten Have; A.J.C.C.M. Loonen
• Vindplaatsen: Rechtspraak.nl

AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd

Aanwijzing van een bestuurder in een ondernemingsrechtelijke procedure

In deze beschikking van het Gerechtshof Amsterdam, uitgesproken op 10 februari 2021, is de Ondernemingskamer aan de slag gegaan met een verzoek tot aanwijzing van een bestuurder voor de besloten vennootschap [A]. De verzoeksters, [B] en [C], vertegenwoordigd door de advocaten mr. P.P.A. Vroegrijk en mr. V.G.G. Veldhuis, hebben het verzoek ingediend. De Ondernemingskamer heeft eerder op 8 februari 2021 een beschikking gegeven waarin een onmiddellijke voorziening werd getroffen. In die beschikking werd een persoon aangewezen die als bestuurder van [A] zou optreden, met beslissende stem en zelfstandig bevoegd om de vennootschap te vertegenwoordigen. Dit was noodzakelijk omdat [A] niet zonder deze bestuurder vertegenwoordigd kon worden.

In de beschikking van 10 februari 2021 heeft de Ondernemingskamer de eerder genoemde persoon, mr. P.W. Schreurs, aangewezen als bestuurder van [A]. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de beslissing onmiddellijk effect heeft, ongeacht eventuele rechtsmiddelen die tegen de beschikking kunnen worden aangewend. De uitspraak is gedaan door een collegiaal orgaan bestaande uit de voorzitter mr. G.C. Makkink, de raadsheren mr. C.C. Meijer en mr. A.J. Wolfs, en de raden prof. dr. mr. S. ten Have en prof. dr. A.J.C.C.M. Loonen, in aanwezigheid van griffier mr. F.L.A. Straathof. De beschikking is openbaar uitgesproken, wat de transparantie van de rechtspraak waarborgt.

Uitspraak

beschikking

___________________________________________________________________

GERECHTSHOF AMSTERDAM

ONDERNEMINGSKAMER

zaaknummer: 200.287.498/01 OK

beschikking van de Ondernemingskamer van 10 februari 2021

inzake

1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

[A] ,

2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

[B] ,

beide gevestigd te [....] ,

VERZOEKSTERS ,

advocaat:
mr. P.P.A. Vroegrijk , kantoorhoudende te Breda,

3. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

[C] ,

gevestigd te [....] ,

VERZOEKSTER ,

advocaten:
mr. V.G.G. Veldhuis en
mr. J. van Baaren , beiden kantoorhoudende te Breda,

t e g e n

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

[A] ,

gevestigd te [....] ,

VERWEERSTER ,

niet verschenen,

e n t e g e n

1. [D] ,

2.
[E] ,

beiden wonende te [....] ,

BELANGHEBBENDEN ,

verschenen in persoon.

1. Het verloop van het geding

1.1

In het vervolg zal verzoekster 1 worden aangeduid als [A] .

1.2

Voor het verloop van het geding verwijst de Ondernemingskamer naar haar beschikking van 8 februari 2021 in deze zaak.

1.3

Bij die beschikking heeft de Ondernemingskamer bij wijze van onmiddellijke voorziening met onmiddellijke ingang en vooralsnog voor de duur van het geding – voor zover nodig in afwijking van de statuten – een nader door de Ondernemingskamer aan te wijzen en aan partijen bekend te maken persoon benoemd tot bestuurder van [A] met beslissende stem en bepaald dat deze bestuurder zelfstandig bevoegd is [A] te vertegenwoordigen en dat [A] niet zonder deze bestuurder vertegenwoordigd kan worden

2. De gronden van de beslissing

De Ondernemingskamer zal thans de hierna te vermelden persoon aanwijzen als bestuurder, een en ander zoals bedoeld in de beschikking van 8 februari 2021 in deze zaak.

3. De beslissing

De Ondernemingskamer:

wijst aan als bestuurder zoals bedoeld in de beschikking van 8 februari 2021 in deze zaak: mr. P.W. Schreurs te Eindhoven;

verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.

Deze beschikking is gegeven door mr. G.C. Makkink, voorzitter, mr. C.C. Meijer en mr. A.J. Wolfs, raadsheren, en prof. dr. mr. S. ten Have en prof. dr. A.J.C.C.M Loonen, raden, in tegenwoordigheid van mr. F.L.A. Straathof, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 10 februari 2021.