Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.[X] DAKWERKEN V.O.F.,
[appellant sub 2] ,
[appellant sub 3] ,
1.Het geding in hoger beroep
2.Feiten
PASSIVA
4.Ondernemingsvermogen
Artikel 1. Uittreding en voortzetting
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak gaat het om een hoger beroep dat is ingesteld door [X] DAKWERKEN V.O.F. en twee vennoten, [appellant sub 2] en [appellant sub 3], tegen een vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Noord-Holland. De zaak betreft de afrekening van een uitgetreden vennoot, [geïntimeerde], uit de vennootschap onder firma. De vennootschap is opgericht voor de uitoefening van een dakwerkbedrijf en de uitreding van [geïntimeerde] vond plaats op 31 oktober 2017. De vennootschap heeft zestien facturen van EPS Design overgelegd, die in het geding zijn gebracht om de afrekening te onderbouwen. De kantonrechter heeft in eerste aanleg een vordering van [geïntimeerde] tot betaling van € 11.250,- toegewezen, maar [X] c.s. zijn in hoger beroep gegaan, stellende dat de facturen ten onrechte niet zijn verwerkt in de tussentijdse cijfers van de vennootschap. Het hof heeft de feiten vastgesteld en geconcludeerd dat de EPS-facturen niet in de berekening van de vordering van [geïntimeerde] moeten worden meegenomen. Het hof heeft het vonnis van de kantonrechter vernietigd en [X] c.s. veroordeeld tot betaling van het bedrag van € 11.250,- aan [geïntimeerde], vermeerderd met wettelijke rente. Tevens zijn [X] c.s. veroordeeld in de proceskosten van zowel de eerste aanleg als het hoger beroep.