ECLI:NL:GHAMS:2021:3196

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
22 september 2021
Publicatiedatum
25 oktober 2021
Zaaknummer
23-001057-21
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling wegens overtreding van artikel 9, vijfde lid, van de Wegenverkeerswet 1994

Op 22 september 2021 heeft het Gerechtshof Amsterdam uitspraak gedaan in hoger beroep tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam, dat op 22 maart 2021 was gewezen. De zaak betreft een verdachte die op 10 juni 2020 in Amsterdam een overtreding heeft begaan van artikel 9, vijfde lid, van de Wegenverkeerswet 1994. Het hof heeft het vonnis van de politierechter vernietigd en opnieuw recht gedaan. De verdachte is veroordeeld tot een gevangenisstraf van vier weken, waarvan twee weken voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren. Dit betekent dat de verdachte gedurende deze proeftijd niet opnieuw een strafbaar feit mag plegen, anders kan de voorwaardelijke straf alsnog ten uitvoer worden gelegd. De beslissing van het hof is gebaseerd op de artikelen 14a, 14b, 14c en 63 van het Wetboek van Strafrecht, evenals de relevante artikelen van de Wegenverkeerswet 1994.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer eerste aanleg : 96-260993-20
parketnummer hoger beroep : 23-001057-21
TEGENSPRAAK
Arrest van het gerechtshof Amsterdam, enkelvoudige strafkamer, van 22 september 2021 gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam van 22 maart 2021 in de zaak tegen de verdachte:
naam:
[verdachte]
voornamen: [verdachte]
geboren: op [geboortedag] 1978 te [geboorteplaats]
adres: [adres].

Kwalificatie van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:
overtreding van artikel 9, vijfde lid, van de Wegenverkeerswet 1994.

Toepasselijke wettelijke voorschriften

de artikelen 14a, 14b, 14c en 63 van het Wetboek van Strafrecht en de artikelen 9 en 176 van de Wegenverkeerswet 1994.
gepleegd
op 10 juni 2020 te Amsterdam.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
4 (vier) weken.
Bepaalt dat een gedeelte van de gevangenisstraf, groot
2 (twee) weken, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Gewezen door mr. N.A. Schimmel, in bijzijn van L.M. van Leeuwen, griffier.
mr. N.A. Schimmel