ECLI:NL:GHAMS:2021:3013
Gerechtshof Amsterdam
- Beschikking
- J.M. van Baardewijk
- J.M.C. Louwinger-Rijk
- J.A. van Keulen
- Rechtspraak.nl
Omgangsregeling tussen moeder en minderjarige na beëindiging gezag
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 12 oktober 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep over de omgangsregeling tussen een moeder en haar minderjarige dochter, na beëindiging van het gezag van de moeder. De moeder had in hoger beroep beroep ingesteld tegen een eerdere beschikking van de rechtbank Amsterdam van 26 mei 2020, waarin een omgangsregeling was vastgesteld. De GI, de gecertificeerde instelling die als voogd is aangesteld, had op 12 oktober 2020 een verweerschrift ingediend en ook incidenteel hoger beroep ingesteld. Tijdens de mondelinge behandeling op 27 augustus 2021 werd duidelijk dat de omgangsregeling tussen de moeder en de minderjarige positief verliep en dat beide partijen, evenals de betrokken instanties, ruimte zagen voor uitbreiding van de omgang. De moeder verzocht om uitbreiding van de omgangsregeling, terwijl de GI voorstelde om de huidige regeling rustig op te bouwen, rekening houdend met de ontwikkeling van de minderjarige en haar zorgelijke seksuele ontwikkeling. Het hof heeft uiteindelijk besloten de bestreden beschikking te bekrachtigen, met de bepaling dat de omgangsregeling eenmaal per twee maanden zal worden geëvalueerd door de betrokken partijen. De GI werd in het incidenteel hoger beroep niet-ontvankelijk verklaard.