Uitspraak
mrs. S.W. Holtermanen
L.H.K. Peereboom-Bogers, beiden kantoorhoudende te Utrecht,
mrs. O.L.M. Heutsen
K.G.J.B. van Oosten, beiden kantoorhoudende te Amsterdam,
mrs. O.L.M. Heutsen
K.G.J.B. van Oosten, beiden kantoorhoudende te Amsterdam,
3 [B] ,
[C],
- verzoekster als Vanak;
- verweerster als OG245;
- belanghebbende sub 1 als Stadswaarde;
- belanghebbende sub 2 als [A] ;
- belanghebbende sub 3 als [B] ;
- belanghebbende sub 4 als [C] ;
- belanghebbenden sub 1 en sub 2 en verweerster gezamenlijk als Stadswaarde c.s.;
- belanghebbenden sub 3 en sub 4 als [B] c.s.;
- [D] als [D] ;
- IDvisie B.V als IDvisie; en
- N.V. Ontwikkelingsmaatschappij Utrecht als OMU.
1.Het verloop van het geding
2.Inleiding
special purpose vehiclevoor dit project. Tussen hen is daarna onenigheid ontstaan over de financiering van OG245 en de daaraan verbonden voorwaarden. Eind 2020 heeft OG245, tegen de zin van Vanak, besloten tot een aandelenemissie, als gevolg waarvan het aandelenkapitaal van Vanak van 25% is verwaterd tot 0,0009%. Volgens Vanak heeft Stadswaarde onvoldoende oog gehad voor het belang van OG245 en de met haar verbonden onderneming en voor de belangen van Vanak als minderheidsaandeelhouder.
3.Feiten
business case, waar de realisatie van een hotel en andere horeca deel van uitmaakt.
Term Sheet. [D] mailde die dag aan [B] en [C] : “
Fijn dat we eruit zijn. Dank! Bijgaand de door mij getekende[Term Sheet]”. Dezelfde dag is OG245 opgericht. In de statuten is onder meer opgenomen dat een bestuurder niet deelneemt aan de beraadslaging en besluitvorming indien hij daarbij een direct of indirect persoonlijk belang heeft dat tegenstrijdig is met het belang van de vennootschap en de met haar verbonden onderneming en dat wanneer hierdoor geen bestuursbesluit kan worden genomen, het besluit wordt genomen door de algemene vergadering (artikel 13 lid 3).
loan kicker:
shall pay to the Lender upon a Liquidity Event[zie 3.8 hierna]
an amount (the “Loan Kicker”). The amount of the Loan Kicker shall be equal to the amount the Lender has to reserve once the Borrower irrevocably commits itself to make a certain payment (…).”
project management agreement(hierna: de PMA) gesloten tussen OG245 en Vanak, waarin onder meer een managementvergoeding voor Vanak is vastgelegd van € 5.500 per maand.
shareholders agreement(hierna: SHA) tussen Stadswaarde, Vanak en OG245 overeengekomen. Deze houdt onder meer het volgende in:
with a loan in the amount of EUR 600,000 bearing 10% non-compounding interest per year (the “Loan”), which amount is equal to the current estimate of the Company’s funding requirements during the Reservation Period. (…)
alles overziend kom ik tot de conclusie dat Tivoli voor mij een oninteressant project is geworden. Ik heb daarom besloten om per heden mijn taken als project manager neer te leggen en mijn tijd aan andere dingen te gaan besteden.”
Dank voor de cijfermatige update, prettig om op de hoogte te zijn (…) Uit het gesprek en de cijfers maak ik op dat jullie je tot mij wenden om als aandeelhouder een additionele kapitaal storting te doen of op een andere manier het project van financiering te voorzien. (…) Om eerlijk te zijn sta ik daar niet om te springen om de volgende redenen:
The parties have agreed that the Lender[IDvisie]
will provide a loan to the Borrower[OG245]
in the maximum amount of EUR 480,000[in plaats van € 600.000]
;
The amount of the Loan will be applied by the Borrower to (i) refinance a loan of EUR 250.000 plus interest accrued on that loan, provided by Lender to Borrower during the reservation period, and (ii) to meet (part of) its financing needs during the Period until May 1st 2020 (the Purpose);
Loan
Interest
1 The interest rate on the outstanding part of the Loan shall be equal to 10% (non- compounded) per annum and the interest shall accrue on a monthly basis.
als van Triodos). Hiervoor in de plaats zou dan vóór de start van de bouwfinanciering extra EUR 2 mio eigen middelen moeten worden geïnvesteerd.
fundingte voorzien:
Hoe verder?
een vertraging in de exploitatieplannen, als gevolg waarvan zij gedurende langere periode geen omzetten kan realiseren;
het wegvallen van externe financiering van OMU voordat het object is verworven;
aanvullende eisen van het Restauratiefonds ten aanzien van nieuwe financiering;
onzekerheden in de markt ten aanzien van de exploitatie.
EUR 250.000 per direct ter gedeeltelijke aflossing van de reeds opeisbare lening van OMU;
EUR 3.670.000 voor de financiering van de aankoop en verbouwing van het gebouw op zeer korte termijn (zie het overzicht hieronder: lening stadswaarde EUR 770.000 + equity EUR 2.900.000);
EUR 900.000 voor de financiering van de exploitatie van de begane grond (horeca), indien dit noodzakelijk blijkt (p.m.).
E. Financiering
Herfinanciering van de reeds verstrekte leningen van IDvisie
Loan agreement investeringsperiode;
Loan agreement afbetaling OMU
Aflossing OMU 2e deel;
Bouw- en andere lopende kosten
Uitgifte van 2.900.000 gewone aandelen tegen een uitgifteprijs van EUR 1 per aandeel (…).”
4.De gronden van de beslissing
loan kicker, waren onzakelijk, bedrijfseconomisch volstrekt onverantwoord en schadelijk voor OG245 en de met haar verbonden onderneming. Dat de aandeelhouders in de SHA hebben vastgelegd dat die voorwaarden worden beschouwd als
at arm’s lengthis een verklaringsfictie waarmee Vanak slechts akkoord is gegaan onder dreiging van aansprakelijkstelling door Stadswaarde.
equitybeschikbaar te stellen aan OG245 en Stadswaarde laat dit als bestuurder van OG245 willens en wetens toe.
at arm’s lengthzijn. Deze overeenkomst is aangegaan door [B] namens [A] en namens OG245. Gelet op het tegenstrijdig belang had dit besluit op grond van artikel 13 lid 3 van de Statuten en artikel 2:239 lid 6 BW moeten worden voorgelegd aan de algemene vergadering en op grond van artikel 9.1 SHA had dit besluit met een gekwalificeerde meerderheid van 95% van de door de aandeelhouders uitgebrachte stemmen moeten worden genomen.
at arm’s lengthen schaden de belangen van OG245 en Vanak. Geldlening 2020 is weliswaar aan de algemene vergadering ter besluitvorming voorgelegd, maar de benodigde gekwalificeerde meerderheid is daar niet gehaald en desondanks is de Geldlening 2020 aangegaan.
Liquidity Eventals bedoeld in artikel 1.1 SHA, maar de nakoming van artikel 5 SHA.
equityaan OG245 beschikbaar had gesteld, was er geen noodsituatie ontstaan en had OG245 aan alle lopende financiële verplichtingen kunnen voldoen. De emissie voor € 2,9 miljoen staat verder niet in verhouding tot het probleem, omdat dat slechts tijdelijk was en maar € 2 miljoen groot.
rescue financingen derhalve is niet voldaan aan de in artikel 9.1.1 SHA opgenomen vereiste meerderheid van 95% van de uitgebrachte stemmen in de algemene vergadering. Daarnaast is de emissie in strijd met artikel 5.3 SHA nu het uitgeven van aandelen met als doel een aandeelhouder te verwateren niet is toegestaan.
Term Sheetop 17 oktober 2018. Dat aanvankelijk, tijdens het aanbestedingstraject, zou zijn afgesproken dat Stadswaarde 75% van de aandelen in de gezamenlijk op te richten vennootschap zou krijgen omdat [B] € 1,5 miljoen als
equityin die vennootschap zou inbrengen wordt betwist door Stadswaarde; de discussie daarover is echter achterhaald. Uiteindelijk is Vanak immers akkoord gegaan met de afspraken die in die
Term Sheeten in de statuten zijn vastgelegd en kort daarna nader zijn uitgewerkt in de SHA. De Geldlening 2018 en de voorwaarden daarvan maakten deel uit van die afspraken en ditzelfde geldt voor de afspraak dat Stadswaarde € 1,5 miljoen aan financiering zou verstrekken aan de vennootschap. Artikel 5.2 SHA laat de manier waarop dit bedrag wordt verstrekt aan de bestuurder van OG245, zij het dat het de voorwaarden marktconform moeten zijn. Duidelijk is dat die afspraken de essentie vormden van de beoogde samenwerking tussen beide partijen. Dat Vanak met die gang van zaken onder bedreiging akkoord is gegaan, acht de Ondernemingskamer niet aannemelijk, mede gezien de tekst van de in 3.4 geciteerde e-mail van [D] van 17 oktober 2018. De Ondernemingskamer stelt vast dat Stadswaarde inmiddels het toegezegde bedrag heeft verstrekt (3.31). De onder 4.1 a en c verwoorde bezwaren leveren daarom geen gegronde reden op te twijfelen aan een juist beleid en een juiste gang van zaken van OG245.
at arm’s length, tenminste als financiering tegen betere voorwaarden redelijkerwijs niet mogelijk is. Vanak heeft alleen ten aanzien van de aflossing van de helft van de OMU geldlening aangevoerd dat zij – onder de voorwaarde van inzage in en een positieve beoordeling van de financiële situatie van OG245 – de financiering daarvan tegen (marginaal) betere condities wilde verschaffen (zie 3.21). Stadswaarde c.s. hebben onder verwijzing naar de notulen van de BAVA van 11 december 2020 gemotiveerd weerlegd dat dit voorstel concreet genoeg was: Vanak heeft de mogelijkheid gekregen alsnog een deel van Geldlening 2020 – waarmee bedoelde lening werd afgelost – te verstrekken, maar heeft daar geen gebruik van gemaakt. De voorwaarden van Geldlening 2020 die ongunstig afweken van die van Geldlening 2018 – bijvoorbeeld de vermeerdering van het verschuldigde rentepercentage met Euribor, indien die positief is – zijn uiteindelijk geschrapt. Aangezien partijen voorafgaand aan de oprichting van hun gezamenlijke vennootschap waren overeengekomen dat vergelijkbare voorwaarden als die van Geldlening 2018 tussen hen worden beschouwd als
at arm’s length, was het tussen hen niet nodig een externe deskundige in te schakelen ter vaststelling daarvan, behoefden dergelijke overeenkomsten geen goedkeuring van de algemene vergadering – laat staan van een gekwalificeerde meerderheid daarin – en levert het overeenkomen van geldleningen met de bestuurder of aan haar (aandeelhouder) gelieerde vennootschappen, onder vergelijkbare voorwaarden als die van Geldlening 2018 op zichzelf geen gegronde reden op om te twijfelen aan een juist beleid.
extrainbreng van € 2 miljoen aan eigen middelen – dus bovenop de al overeengekomen € 1.750.000 eigen inbreng – omdat het risicoprofiel van de financiering negatief was beïnvloed door de malaise in de horeca ten gevolge van de Corona-crisis. In artikel 5.2 SHA zijn partijen overeengekomen dat indien meer eigen geld nodig is voor de stichtingskosten dan de overeengekomen € 1,5 miljoen aan eigen middelen, de uitgifte van nieuwe aandelen één van de mogelijkheden daartoe is en dat daar dan slechts een gewone meerderheid van stemmen in de algemene vergadering voor nodig is. Niet gebleken is dat de stichtingsbegroting na het bericht van Triodos van 5 november 2020 zonder de extra eigen inbreng rond gemaakt kon worden, ook al ging het om een tijdelijke verlaging van de kredietruimte. Dat de emissie enkel is bedoeld om Vanak te verwateren en daarom in ieder geval in strijd zou zijn met artikel 5.3 SHA, is niet aannemelijk geworden, mede gezien dat bericht. De omvang van de emissie is toegelicht in de mail van 6 november 2020 en op de BAVA van 11 december 2020 besproken aan de hand van het memo “Eigen Vermogen Kapitaal” van 28 september 2020, dat als bijlage bij de agenda voor de BAVA aan Vanak was toegezonden. Daarbij is uitgegaan van benodigde stichtingskosten ter grootte van circa € 12,5 miljoen en beschikbaar of toegezegd vreemd vermogen van circa 8,1 miljoen, zodat nog een bedrag van € 4,4 miljoen door de aandeelhouders gefinancierd moest worden. Onder aftrek van de door Stadswaarde te verstrekken financiering van € 1,5 miljoen resteerde een door middel van de emissie te financieren bedrag van € 2,900.000. Vanak heeft nog gesteld dat zij het niet eens is met de door het bestuur van OG245 gehanteerde hoogte van de stichtingskosten, maar zij heeft onvoldoende concreet toegelicht dat en waarom het bestuur van OG245 in redelijkheid niet tot het volgens haar benodigde bedrag van € 12,5 miljoen heeft kunnen komen. Gelet op het voorgaande zijn de bezwaren weergegeven onder 4.1 g en h niet gegrond.