Uitspraak
Onderzoek van de zaak
Tenlastelegging
hij op of omstreeks 1 september 2020 te Schiphol, gemeente Haarlemmermeer een reisdocument en/of identiteitsbewijs als bedoeld in het eerste lid van artikel 231 van het Wetboek van Strafrecht, te weten een nationale identiteitskaart van Frankrijk, voorzien van het nummer [nummer], op naam gesteld van [naam], waarvan hij, verdachte, wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat deze vals of vervalst was, heeft afgeleverd en/of voorhanden heeft gehad;
hij op of omstreeks 1 september 2020 te Schiphol, gemeente Haarlemmermeer opzettelijk aanwezig heeft gehad ongeveer 0.7 gram, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende cocaïne, zijnde cocaïne een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet.
Vonnis waarvan beroep
Bewezenverklaring
hij op 1 september 2020 te Schiphol, gemeente Haarlemmermeer een identiteitsbewijs als bedoeld in het eerste lid van artikel 231 van het Wetboek van Strafrecht, te weten een nationale identiteitskaart van Frankrijk, voorzien van het nummer [nummer], op naam gesteld van [naam], waarvan hij, verdachte, redelijkerwijs moest vermoeden dat deze vals of vervalst was, voorhanden heeft gehad;
hij op 1 september 2020 te Schiphol, gemeente Haarlemmermeer opzettelijk aanwezig heeft gehad 0.7 gram van een materiaal bevattende cocaïne.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
taakstrafvoor de duur van
60 (zestig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
30 (dertig) dagen hechtenis.
30 (dertig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
15 (vijftien) dagenhechtenis, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van de proeftijd van
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.