ECLI:NL:GHAMS:2021:1964
Gerechtshof Amsterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Afwijzing van verzoek tot opheffing van mentorschap en ontslag van bewindvoerder
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 22 juni 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep betreffende de afwijzing van verzoeken tot opheffing van het mentorschap en ontslag van de bewindvoerder van de rechthebbenden, [rechthebbende sub 1] en [rechthebbende sub 2]. De rechthebbenden, die samen in een huurwoning wonen en begeleid worden door de SIG, hebben in hoger beroep de beschikking van de kantonrechter van 31 maart 2020 aangevochten, waarin hun verzoeken tot opheffing van het mentorschap en ontslag van de bewindvoerder waren afgewezen. Het hof heeft vastgesteld dat de rechthebbenden, ondanks hun verzoeken, niet in staat zijn om hun niet-vermogensrechtelijke belangen zelfstandig te behartigen. De mentoren hebben hun zorgen geuit over de leefomstandigheden van de rechthebbenden, waaronder een gebrek aan persoonlijke hygiëne en een ongezonde woonsituatie. Het hof heeft geconcludeerd dat de noodzaak voor het mentorschap nog steeds aanwezig is en dat de mentoren een belangrijke rol spelen in het waarborgen van het welzijn van de rechthebbenden. Daarnaast heeft het hof geoordeeld dat er geen gewichtige redenen zijn voor het ontslag van de bewindvoerder, die volgens het hof zijn taken naar behoren vervult. De beschikking van de kantonrechter is dan ook bekrachtigd, en de verzoeken van de rechthebbenden zijn afgewezen.