ECLI:NL:GHAMS:2021:1509
Gerechtshof Amsterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Omgangsregeling tussen grootmoeder en kleinkind met raadsonderzoek
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 18 mei 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep over een omgangsregeling tussen een grootmoeder en haar kleinkind. De grootmoeder, verzoekster in hoger beroep, had eerder een verzoek ingediend bij de kinderrechter om een contactregeling vast te stellen, welke was afgewezen. De grootmoeder heeft een nauwe persoonlijke relatie met het kleinkind, dat in 2012 is geboren uit het huwelijk van de moeder en de overleden vader. De moeder heeft het eenhoofdig gezag over het kind en heeft het contact tussen de grootmoeder en het kleinkind in 2018 verbroken. Tijdens de mondelinge behandeling op 11 november 2020 zijn tijdelijke omgangsafspraken gemaakt, maar deze zijn niet nagekomen. Het hof heeft vastgesteld dat het in het belang van het kleinkind is om contact met de grootmoeder te herstellen. De grootmoeder heeft verklaard dat zij het kleinkind mist en dat zij zich aan de belofte aan de vader wil houden om voor het kind te zorgen. Het hof heeft besloten een omgangsregeling vast te stellen van een zondagmiddag per vier weken van 15.00 tot 17.00 uur, waarbij de moeder het kind bij de grootmoeder brengt en omgekeerd. Tevens is er een raadsonderzoek aangevraagd om de stem van het kleinkind te horen en te onderzoeken of de omgangsregeling kan worden uitgebreid. De behandeling van het overige verzoek is aangehouden tot 19 september 2021.