ECLI:NL:GHAMS:2021:1352
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van de verdachte in hoger beroep wegens intrekking van bezwaren
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 30 april 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam. De verdachte had hoger beroep ingesteld tegen een vonnis van 5 februari 2021, maar heeft tijdens het proces aangegeven zijn oorspronkelijke bezwaren niet langer te willen handhaven. Dit werd bevestigd door een e-mail van de raadsman op 20 april 2021. Het hof heeft vastgesteld dat de intrekking van het hoger beroep niet meer mogelijk was, omdat het onderzoek ter terechtzitting al was aangevangen. Gezien het feit dat er geen rechtens te respecteren belang was dat diende met verder onderzoek, heeft het hof de verdachte niet-ontvankelijk verklaard in het hoger beroep, op basis van artikel 416, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering. De beslissing werd genomen in tegenwoordigheid van de griffier en is uitgesproken tijdens de openbare terechtzitting.