ECLI:NL:GHAMS:2021:134
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Nietigheid van de dagvaarding in hoger beroep wegens onjuiste betekening
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 11 januari 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam. De zaak betreft een verdachte die geboren is in de Verenigde Staten en niet in Nederland gedetineerd of ingeschreven is in de Basisregistratie Personen (BRP). De advocaat-generaal heeft verzocht om de dagvaarding in hoger beroep nietig te verklaren, omdat deze niet op de juiste wijze aan de verdachte was betekend. Volgens artikel 36e, derde lid, van het Wetboek van Strafvordering dient de betekening van de dagvaarding te geschieden door toezending naar een bekend adres in het buitenland, indien de verdachte niet in Nederland is gedetineerd of ingeschreven. In dit geval was er wel een adres in de Verenigde Staten bekend, maar de dagvaarding was niet naar dat adres verzonden. Hierdoor was de dagvaarding niet rechtsgeldig betekend. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte noch zijn raadsvrouw ter terechtzitting zijn verschenen, en heeft op basis van deze feiten de dagvaarding in hoger beroep nietig verklaard. De uitspraak benadrukt het belang van de juiste procedurele stappen bij de betekening van dagvaardingen in strafzaken.